Storingen in het TPMS kunnen door
verschillende oorzaken ontstaan,
waaronder het plaatsen, vervangen
of wisselen van banden of velgen
waardoor het TPMS niet goed werkt.
Controleer na het vervangen van een
of meerdere band(en) of velg(en) het
controlelampje storing TPMS om
ervoor te zorgen dat het TPMS goed
werkt.
✽
AANWIJZING
Als het controlelampje TPMS niet
gedurende 3 seconden gaat branden
nadat het contact in stand ON is
gezet of de motor draait, of als het
gaat branden na ongeveer 1 minuut
te hebben geknipperd, adviseren we
u uw auto door de dichtstbijzijnde
officiële HYUNDAI-dealer te laten
controleren.
Waarschuwingslampje
lage bandenspanning
Wanneer het waarschuwingslampje
van het controlesysteem voor een
lage bandenspanning brandt, is de
bandenspanning
van
meerdere band(en) te laag.
Als het controlelampje gaat branden,
verminder dan onmiddellijk snelheid,
vermijd het met hoge snelheid
nemen van bochten en anticipeer op
een langere remweg. Zet de auto zo
snel mogelijk stil en controleer de
banden. Breng de banden op de
juiste spanning zoals aangegeven op
het
voertuigplaatje
bandenspanningslabel
middenstijl aan bestuurderszijde.
Vervang de band met een te lage
bandenspanning
door
reservewiel als u geen tankstation
kunt bereiken of als de band lek is.
Wat te doen in een noodgeval
Vervolgens knippert na het starten
van de auto en na ongeveer 10
minuten aaneengesloten rijden het
waarschuwingslampje lage
spanning
ongeveer 1 minuut en blijft het
daarna continu branden tot de band
een
of
met de lage bandenspanning is
gerepareerd en onder de auto is
gemonteerd.
✽
AANWIJZING
Het reservewiel is niet uitgerust met
een bandenspanningssensor.
of
het
op
de
het
banden-
mogelijk
gedurende
6 31