Veiligheidsysteem van uw auto
VEILIGHEIDSGORDELS
Veiligheidsgordels
WAARSCHUWING
• Voor een optimale bescherming
moeten de veiligheidsgordels
tijdens het rijden altijd gedragen
worden.
• De veiligheidsgordels zijn het
meest
effectief
rugleuningen rechtop staan.
• Kinderen tot en met 12 jaar
moeten altijd plaatsnemen op de
achterbank en de gordel op de
juiste manier dragen.
kinderen nooit op de
stoel meerijden. Als een kind van
12 jaar of ouder op de
passagiersstoel vervoerd moet
worden, moet hij of zij de
veiligheidsgordel op de juiste
manier dragen en moet de stoel
zover mogelijk naar achteren
worden gezet.
• Draag nooit de schoudergordel
onder de arm door of achter uw
rug. Het niet op de juiste manier
gebruiken van de schoudergordel
kan bij een aanrijding resulteren
in ernstig letsel.
De
gordel moet over het midden van
uw schouder worden gedragen,
over uw sleutelbeen.
3
16
(Vervolg)
• Zet breekbare voorwerpen nooit
vast met een veiligheidsgordel.
Bij krachtig remmen of een
aanrijding kunnen ze beschadigd
raken door de veiligheidsgordel.
• Zorg
veiligheidsgordels niet gedraaid
zitten. Als de gordel gedraaid is,
als
de
werkt hij minder effectief. Bij een
aanrijding kan een gedraaide
veiligheidsgordel
wonden veroorzaken. Zorg er
daarom voor dat de gordel niet
Laat
verdraaid zit.
passagiers-
• Let erop dat het materiaal van de
gordel niet beschadigd wordt.
voor-
Laat een beschadigde
heidsgordel vervangen.
WAARSCHUWING
Veiligheidsgordels zijn ontworpen
om
aan
botstructuur in het lichaam en
moeten daarom zo laag mogelijk
over het bekken of het bekken, de
borst en de schouder, afhankelijk
schouder-
van het type gordel, gedragen
worden;
heupgedeelte over de onderbuik
moet voorkomen worden.
(Vervolg)
ervoor
dat
de
zelfs
snij-
veilig-
te
liggen
tegen
de
het
dragen
van
het
(Vervolg)
(Vervolg)
De veiligheidsgordel moet zo strak
mogelijk tegen het lichaam aan
gedragen worden, voor zover het
comfort
het
toelaat,
om
maximale bescherming te kunnen
bieden.
Een loshangende veiligheidsgordel
biedt veel minder bescherming.
Voorkomen moet worden dat de
gordel in aanraking komt met
polijstmiddelen,
olie
chemicaliën,
in
het
bijzonder
accuzuur. De veiligheidsgordels
kunnen op een veilige manier
gereinigd worden met een milde
zeepoplossing.
De
veiligheids-
gordel moet worden vervangen als
hij
gerafeld,
verontreinigd
beschadigd is.
De veiligheidsgordel moet ook
worden vervangen als hij gedragen
is tijdens een zware aanrijding, ook
al is de gordel niet zichtbaar
beschadigd. Bij het dragen mag de
gordel niet gedraaid zitten. Elke
veiligheidsgordel mag maar door
één persoon gedragen worden; het
is gevaarlijk een kind op schoot te
vervoeren met de gordel om beide
personen heen.
een
en
of