Functionele veiligheid
9
Geïntegreerde veiligheidstechniek
9.2.5
Beperkingen
234
Technische handleiding – MOVIDRIVE
•
Houd er rekening mee dat de aandrijving kan nalopen als er geen mechanische
rem is of als de rem defect is (afhankelijk van de wrijving en de massatraagheid
van het systeem). Bij generatorische belastingverhoudingen, bij met zwaartekracht
belaste en extern aangedreven assen kan de aandrijving zelfs versnellen. Hiermee
dient bij de risicoanalyse van de installatie of machine rekening gehouden te wor-
den. Indien nodig, dient u veiligheidstechnische maatregelen te nemen (bijv. veilig-
heidsremsysteem) om dit risico op te vangen.
Bij toepassingsspecifieke veiligheidsfuncties van de aandrijving, die een veilig
stopzetten van de gevaarlijke beweging vereisen, kan applicatiespecifiek een extra
veiligheidsremsysteem nodig zijn.
•
Bij het gebruik van de functie SS1(c) (SS1-t), zoals beschreven in het hoofdstuk
"Veiligheidsfunctie van de aandrijving", wordt de remintegrator van de aandrijving
niet op de veiligheid gericht bewaakt. In geval van een fout kan het afremmen tij-
dens de vertragingstijd uitvallen of er volgt, in het ergste geval, een acceleratie. In
dat geval vindt de op de veiligheid gerichte uitschakeling pas na afloop van de in-
gestelde vertragingstijd plaats via de STO-functie, zie hoofdstuk "Veiligheidsfunc-
tie van de aandrijving". Het hieruit voortvloeiende gevaar dient bij de risicoanalyse
van de installatie of machine in acht genomen te worden en, indien nodig, door
veiligheidstechnische maatregelen te worden opgevangen.
•
De STO-schakeling kan een mogelijke ruk of een DC-remprocedure niet voorko-
men.
WAARSCHUWING
Het veiligheidsconcept is alleen geschikt voor het uitvoeren van mechanische werk-
zaamheden aan aangedreven installatie-/machinecomponenten.
Bij uitschakeling van het STO-signaal blijft de netspanning op de tussenkring van
het apparaat staan.
•
Voor werkzaamheden aan het elektrische deel van het aandrijfsysteem moet de
voedingsspanning via een geschikt, extern veiligheidsrelais worden uitgescha-
keld en beveiligd tegen onbedoelde herinschakeling.
WAARSCHUWING
Elektrische schok door condensatoren die niet volledig ontladen zijn.
Dodelijk of ernstig lichamelijk letsel.
•
Houd na het uitschakelen van de energievoorziening een minimale uitschakeltijd
van tien minuten aan.
AANWIJZING
Bij de veiligheidsuitschakeling van de 24 V DC-voeding op de STO-aansluiting volgt
de uitschakeling door de remaansturing. De remaansturing in het apparaat is niet op
de veiligheid gericht.
®
technology