Subfout: 14.5
Beschrijving: Interne waarschuwing
Reactie: Encoder – waarschuwing
Encoder heeft een waarschuwing gemeld.
Subfout: 14.6
Beschrijving: Signaalniveau te laag
Reactie: Encoder 2 – kritische fout actueel
Fout bij de niveaucontrole, vector onderschrijdt de toegestane
grens.
Subfout: 14.7
Beschrijving: Signaalniveau te hoog
Reactie: Encoder 2 – kritische fout actueel
Fout bij de niveaucontrole, vector overschrijdt de toegestane
grens.
Subfout: 14.8
Beschrijving: Niveaubewaking
Reactie: Encoder 2 – kritische fout actueel
Fout bij de niveaucontrole, vector onderschrijdt de toegestane
grens.
Subfout: 14.9
Beschrijving: Kwadrantencontrole
Reactie: Encoder 2 – kritische fout actueel
Er is een fout opgetreden bij de kwadrantencontrole (sinusen-
coder).
Subfout: 14.10
Beschrijving: Controle van het bereik van de positietolerantie
Reactie: Encoder 2 – kritische fout actueel
De positie ligt buiten het tolerantiebereik.
Oorzaak
Oorzaak
Oorzaak
Oorzaak
Oorzaak
Oorzaak
Foutbeschrijving basisapparaat
Maatregel
– Bedrading controleren.
– Storingsbronnen controleren (lichtstraalonderbreking, reflec-
tor, datakabels enz.).
– Sensor reinigen.
Maatregel
– Bedrading controleren.
– Storingsbronnen controleren (bijv. buiten het bereik van de
EMC).
– Encoder controleren.
Aanwijzing: In de handmatige modus "noodmodus" kan de
aandrijving ook zonder de foute externe positie-encoder met de
motor-encoder worden verplaatst.
Maatregel
Overbrengingsverhouding van de gebruikte resolver controle-
ren.
Aanwijzing: In de handmatige modus "noodmodus" kan de
aandrijving ook zonder de foute externe positie-encoder met de
motor-encoder worden verplaatst.
Maatregel
Ruimtelijke positie van de resolver controleren.
Aanwijzing: In de handmatige modus "noodmodus" kan de
aandrijving ook zonder de foute externe positie-encoder met de
motor-encoder worden verplaatst.
Maatregel
– Apparaat uit- en weer inschakelen.
– Bedrading controleren.
– Storingsbronnen controleren (bijv. buiten het bereik van de
EMC).
– Encoder controleren. Indien nodig, vervangen.
Aanwijzing: In de handmatige modus "noodmodus" kan de
aandrijving ook zonder de foute externe positie-encoder met de
motor-encoder worden verplaatst.
Maatregel
– Inbedrijfstellingsparameters controleren.
– Bedrading controleren.
– Storingsbronnen controleren (lichtstraalonderbreking, reflec-
tor, datakabels enz.).
– Encoder vervangen.
Aanwijzing: In de handmatige modus "noodmodus" kan de
aandrijving ook zonder de foute externe positie-encoder met de
motor-encoder worden verplaatst.
Technische handleiding – MOVIDRIVE
Bedrijf
6
135
®
technology