®
12
MOVILINK
12.1 Codering van de procesdata
Voor de besturing en setpoint-instelling wordt voor alle veldbussystemen dezelfde
procesdata-informatie gebruikt. De procesdata worden gecodeerd volgens het uniforme
MOVILINK
algemeen onderscheid gemaakt tussen de volgende varianten:
•
•
PO = procesuitgangsdata
PO1 = stuurwoord
PO2 = toerental (%)
PO3 = integrator
12.1.1 Twee procesdatawoorden
Om de MOVIMOT
koepelende besturing de procesuitgangsdata "stuurwoord" en "toerental [%]" naar de
MOVIMOT
"uitgangsstroom" naar de overkoepelende besturing.
12.1.2 Drie procesdatawoorden
Bij de besturing met 3 procesdatawoorden worden als extra procesuitgangsdatawoord
de integrator en als derde procesingangsdatawoord het statuswoord 2 overgedragen.
Handboek – PROFIBUS-interfaces, -veldverdelers
-apparaatprofiel
®
-profiel voor SEW-applicatieregelaars. Voor de MOVIMOT
twee procesdatawoorden (2 PD)
drie procesdatawoorden (3 PD)
Master
PO1
PI1
®
-regelaar via twee procesdatawoorden aan te sturen stuurt de over-
®
. De MOVIMOT
MOVILINK®-apparaatprofiel
Codering van de procesdata
PO
PO2
PO3
PI2
PI3
PI
PI
= procesingangsdata
PI1 = statuswoord 1
PI2 = uitgangsstroom
PI3 = statuswoord 2
®
-regelaar stuurt de procesingangsdata "statuswoord 1" en
®
wordt in het
®
MOVIMOT
1191917323
12
127