Inhoudsopgave
Advertenties
Nu moeten we het machinetaal programma
nog een nummer
geven; hiervoor staan de nummers 0 tlm 9 ter beschikking.
We
dienen nog te vermelden op welk geheugen adres dit programma
begint. Kiezen we voor het nummer bijv. 5 en begint, zoals in het
bovengenoemde
voorbeeld
het programma
op &H9001, dan gaat
de definitie van het machinetaal programma
met
150 DEF USR5=&H9001
Om van het BASIC-programma
naar het machinetaal programma te
springen bestaan de instructies
X = USR5(Y)
en PRINT USR5(Y)
Bij het passeren van deze instructie verlaat de interpreter
het
BASIC-programma,
springt naar geheugenplaats
&H9001, voert het
daar staande machinetaal programma uit en springt terug naar de
volgende opdracht in het BASIC programma. Een fout in het machi-
netaal programma
heeft meestal tot gevolg dat de P2000 "vast blijft
zitten" en alleen nog via de RESET -toets in BASIC terug kan
komen. Het is daarom verstandig,
alvorens bij het testen een
machinetaal programma aan te roepen, eerst het geheel te
CSAVE-en.
Nog iets over de USR-functie
Oe USR-functie ziet er als volgt uit: USR cijfer
(argument)
waarbij cijfer een cijfer is tussen 0 en 9. Het argument is een
numerieke of stringexpressie.
cijfer geeft aan welke machinetaal-
routine wordt aangeroepen
en correspondeert
met het cijfer dat in
de OEF USR instructie voor die routine is gebruikt.
Wordt cijfer
weggelaten dan vult de interpreter
zelf de waarde 0 in. Het adres
dat in de OEF USR instructie is opgegeven, is het startadres van de
machinetaal routine.
Wanneer de USA-functie
begint aan het stukje machinetaal bevat
de in de microprocessor
van de P2000 aanwezige accumulator
(register A) een waarde die correspondeert
met het type argument
dat was opgegeven.
In register A kunnen de volgende waarden
staan:
Waarde in A
2
3
4
8
Type argument
2-byte integer (2-complement)
string
enkel-precisie
dubbel-precisie
62
Advertenties
Inhoudsopgave
