De informatie (programma's
en bestanden) wordt op de casset-
teband geschreven in "blokken" van 1024 bytes. Aan iedere kant
van een cassette kunnen 42 blokken worden weggeschreven.
Als
het laatste blok van een programma of bestand niet geheel gevuld
is, wordt de rest van dit blok niet gebruikt voor een ander program-
ma.
Wissen van de band
Voordat de inhoud van een band gewist kan worden, dient de
cassette voorzien te zijn van een stopje in de linker bovenhoek en
in de recorder geplaatst te worden. Zonder zo'n stopje is de
cassette beschermd
tegen wissen, en er kan ook niet op
geschreven worden.
Door op de toets
S
(SHIFT 7) te drukken verschijnt op het
scherm de vraag:
Cassette
wissen?
(JIN)
Is geen cassette aanwezig, dan kan de wis-opdracht
niet worden
uitgevoerd en de P2000 meldt:
Geen cassette
Is de cassette beveiligd tegen overschrijven,
doordat het stopje
links boven is verwijderd,
dan meldt de P2000 dit met
Geen stapje
Is wel een cassette met stopje geplaatst, en wordt de J of de Y (Ja
of Yes) toets ingedrukt, dan bevestigt de P2000 de opdracht, door
het woord
Ja
achter de vraag af te drukken. De cassette spoelt terug tot het
begin, wist een stukje band en de P2000 meldt:
Ok
Alle programma's
en bestanden op deze kant van de band zijn nu
onbereikbaar
geworden. De band wordt gezien als "schoon".
Wordt de vraag:
Cassette
wissen
(JIN)
OM T{ ~I (S'E:N VAHAr
8éP4A<...D fRo(,.RAM~~ Ot 8t(rAN~
CtoA'Q- l.AAT1'1[ rR()c.T~, Q~T' r.l\oE-ï (ll"vE;t\j ~AÀN
~",
34
To~ïS
OA}.J IN ~ l)t:~Lt$R:::~HI3:
~US'~ (I ,.)