Advertenties
van het programma op die plaats te onderbreken.
De inter-
preter ziet de STOP-opdracht
als een programmafout
(foutnr.
64). Als geen ON ERROR GOTO werkzaam is wordt uitvoering
van het programma onderbroken
met de melding Stop in
regelnummer.
Als wel een ON ERROR GOTO is gepasseerd
kan de STOP-instructie
d.m.v. een foutafhandeling
verwerkt
worden.
Als na uitvoering van de STOP-opdracht
teruggekeerd
is naar
de directe stand kan de programma-uitvoering
worden voort-
gezet door CaNT in te typen.
De STOP-instructie
wordt net zo behandeld als het indrukken
van de SHIFT-STaP-toets
op het rechter toetsenbord.
STR $ (getal)
Functie. Geeft het getal, weer als een string. Als getal>
= 0
is het eerste karakter van deze string een spatie; voor
waarden van getal
< 0 is het eerste karakter een min-teken.
10 INPUT X
20 Y$
= STR$
(X)
30 Z = LEN (Y$)
40 PRINT Z
50 GOTO
10
RUN
? 12
3
? -10
3
STRING$(getaI1,getaI2)
STRING$(getaI1,string)
Functie.
Levert
een string
van getal
1 gelijke
karakters,
alle
met de ASCII-waarde
getal
2 respectievelijk
alle gelijk aan het
eerste
karakter
van string.
10 Z$ = STRING$ (10,45)
20 PRINT Z$ "Jaaroverzicht"
Z$
RUN
Jaaroverzicht
Ok
130
Advertenties
