Download Print deze pagina

Sew Eurodrive MOVIDRIVE modular Technische Handleiding pagina 276

Applicatie
Verberg thumbnails Zie ook voor MOVIDRIVE modular:

Advertenties

Functionele veiligheid
9
Veiligheidstechnische voorwaarden
9.3.2
Vereisten voor de installatie
276
Technische handleiding – MOVIDRIVE
De componenten moeten tegen geleidende verontreiniging worden beschermd,
bijv. door de montage in een schakelkast met beschermingsgraad IP54 conform
IEC 60529.
Onder de voorwaarde dat op de plaats van opstelling geen geleidende verontreini-
ging kan optreden, is ook een overeenkomstig lagere beschermingsgraad van de
schakelkast met inachtneming van de geldende normen, bijv. EN 60204-1, toege-
staan.
Dit geldt ook voor tijdelijke condensvorming, bijv. door snelle schommelingen in de
omgevingstemperatuur.
De bedrading moet overeenkomstig de norm EN 60204-1 worden uitgevoerd.
De STO-stuurstroomleidingen moeten volgens de EMC-norm en als volgt worden
gelegd:
– In een montageruimte kunnen enkele aders worden gelegd.
– De voor de specifieke toepassing geldende voorschriften moeten in acht wor-
den genomen.
– De M- en P-kabels van de externe veiligheidsvoorziening naar de as moeten
dicht tegen elkaar en met een kabellengte ≤ 30 m worden gelegd.
– De M- en P-kabels van de externe veiligheidsvoorziening naar de as moeten
dezelfde lengte hebben. Een lengte verschil ≤ 3% tussen de kabels is toege-
staan.
– De STO-stuurstroomleiding moet ruimtelijk gescheiden van de energiekabels
van de aandrijving worden aangelegd.
De STO-schakeling herkent geen kortsluiting en externe spanning in de aanvoer-
kabel. Daarom moet het volgende altijd gewaarborgd zijn:
– geen spanningsoverdracht naar de STO-stuurstroomleidingen
of
– dat de externe veiligheidsbesturing een kortsluiting van een externe potentiaal
naar de STO-stuurstroomleidingen detecteert.
Bij het configuratie van de veiligheidscircuits moeten de voor de veiligheidscompo-
nenten gespecificeerde waarden strikt aangehouden worden.
Het STO-signaal (F_STO_P1, F_STO_P2 en F_STO_M) mag niet voor retourmel-
dingen worden gebruikt.
Voor de veiligheidsbesturing/het veiligheidsrelais mogen alleen geaarde span-
ningsbronnen met een veilige scheiding (PELV) volgens EN 61131-2 en
EN 60204-1 worden gebruikt.
Als er meerdere spanningsbronnen worden gebruikt, moet elke spanningsbron op
randaarde worden aangesloten.
Bij het plannen van de installatie dienen de technische gegevens van de applica-
tieregelaar aangehouden te worden.
De 24 V-STO_Out van de applicatieregelaar mag niet voor op de veiligheid gerich-
te toepassingen worden gebruikt. De spanning is alleen voor de voeding van de
aansluiting voor een veilige uitschakeling X6 bij een ingestoken doorverbinding-
stekker toegestaan.
Voor op de veiligheid gerichte toepassingen met de applicatieregelaar moet de
doorverbindingsstekker op de STO-ingang X6 worden verwijderd.
®
modular

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Movidrive