Veiligheidssysteem van uw auto
•
Reinig de afdekkappen van de
airbags met een zachte doek
die vochtig is gemaakt met
schoon
water. Oplos-
reinigingsmiddelen
het
materiaal
van
afdekkappen aantasten en de
werking van het systeem in
negatieve zin beïnvloeden.
•
Laat
geactiveerde
vervangen door een officiële
HYUNDAI-dealer.
•
Als
onderdelen
van
airbagsysteem
worden afgevoerd of als de
auto in zijn geheel moet
worden afgevoerd, moeten
bepaalde
voorzorgsmaat-
regelen met betrekking tot de
veiligheid in acht worden
genomen. We adviseren u
voor de benodigde informatie
contact op te nemen met een
officiële HYUNDAI-dealer. Het
niet opvolgen van deze
zorgsmaatregelen vergroot de
kans op letsel.
2-68
Aanvullende
voorzorgsmaatregelen met
betrekking tot de veiligheid
en
De inzittenden moeten tijdens het
kunnen
rijden niet uit hun stoel komen of
de
van plaats wisselen. Een inzittende
die zijn veiligheidsgordel niet draagt,
kan tijdens een aanrijding of een
noodstop door de auto worden
geslingerd, tegen andere inzittenden
airbags
aan worden geslingerd of zelfs uit de
auto worden geslingerd.
Bevestig geen accessoires aan de
het
veiligheidsgordels. Accessoires die
moeten
claimen
het
inzittenden te verbeteren of die de
gordel anders geleiden, kunnen de
beschermende werking van de
veiligheidsgordel in negatieve zin
beïnvloeden en de kans op ernstig
letsel bij een aanrijding vergroten.
Modificeer de voorstoelen niet.
Modificatie van de voorstoelen kan
de werking van de sensoren van het
voor-
aanvullend veiligheidssysteem of
van de zijairbags in negatieve zin
beïnvloeden.
Plaats niets onder de voorstoelen.
Het plaatsen van voorwerpen onder
de voorstoelen kan de werking van
de sensoren van het aanvullend
veiligheidssysteem
bedrading
beïnvloeden.
Voorkom
worden geraakt. Voorkom dat de
portieren hard worden geraakt als
het contact in stand ON staat: dit kan
tot gevolg hebben dat de airbags
worden geactiveerd.
comfort
voor
de
of
van
de
in
negatieve
zin
dat
portieren
hard