Rijden met uw auto
RIJDEN ONDER SPECIALE RIJOMSTANDIGHEDEN
Rijden onder moeilijke
omstandigheden
Neem onderstaande
voorzorgsmaat-
regelen als er sprake is van
gevaarlijke omstandigheden, zoals
water, sneeuw, ijs, modder of zand
op het wegdek:
• Rijd voorzichtig en houd rekening
met een langere remweg.
• Vermijd plotseling remmen of
sturen.
• Probeer weg te rijden in de tweede
versnelling als uw auto vastzit in
sneeuw,
modder
Accelereer langzaam om onnodige
doorslippen van de wielen te
voorkomen.
• Gebruik
zand,
sneeuwkettingen
of
antislipmateriaal
onder
aangedreven wielen voor extra
tractie als de auto vast is komen te
zitten in ijs, sneeuw of modder.
5-182
Op eigen kracht lostrekken
van de auto
Verdraai eerst het stuurwiel een
aantal keren naar rechts en naar
links om de voorwielen vrij te maken
wanneer de auto vastzit in ijs,
modder of sneeuw en het nodig is de
auto heen en weer te schommelen
om te proberen hem los te trekken.
Schakel
vervolgens
stand
R
vooruitversnelling in.
Probeer te voorkomen dat de wielen
doorslippen en laat de motor niet
of
zand.
met een te hoog motortoerental
draaien.
Wacht met schakelen tot de wielen
niet meer doorslippen om schade
pekel,
aan de transmissie te voorkomen.
ander
Laat het gaspedaal los tijdens het
de
schakelen en trap licht op het
gaspedaal bij een ingeschakelde
versnelling.
langzaam in voor- en achterwaartse
richting door te laten slippen,
ontstaat
beweging waardoor de auto weer vrij
kan komen.
afwisselend
(Achteruit)
en
een
Door
de
wielen
een
schommelende
WAARSCHUWING
Als de auto vast is komen te
zitten en de wielen hevig
spinnen, kan de temperatuur
van
de
banden
zeer
oplopen.
Als
de
beschadigd raken, kunnen de
banden klappen. Dit is een
gevaarlijke situatie; uzelf en
anderen kunnen gewond raken.
Voer deze procedure niet uit als
er mensen of obstakels in de
directe nabijheid van de auto
aanwezig zijn.
Als u de auto vrij probeert te
krijgen, kan
de
auto
oververhit raken, waardoor er in
de motorruimte brand of andere
schade kan ontstaan. Probeer
het spinnen van de wielen zo
veel mogelijk te vermijden, om
oververhitting van de banden of
de motor te voorkomen. Laat de
wielen NIET doorslippen bij
snelheden hoger dan 56 km/h.
snel
banden
snel