STARTEN EN RIJDEN
||
2. Druk op de knop en laat hem weer los –
drukt u te lang, dan kan dat betekenen dat
het uitklappen niet start.
> De trekhaak klapt uit in een onvergren-
delde stand. De led knippert oranje. De
trekhaak is klaar om in een vergren-
delde stand te worden gezet.
506
3.
Beweeg de trekhaak naar zijn eindpositie.
Daar moet hij worden vastgezet en ver-
grendeld – de led brandt permanent
oranje.
> De trekhaak is daarmee klaar voor
gebruik.
N.B.
De trekhaak moet eerst volledig zijn uitge-
klapt voordat deze in de vergrendelde
stand te zetten is. Dit kan enkele seconden
duren. Als de trekhaak niet in de vergren-
delde stand blijft, moet u enkele seconden
later opnieuw proberen.
WAARSCHUWING
Controleer of de veiligheidskabel van de
aanhanger in de juiste bevestiging vastzit.
N.B.
De stroomspaarstand wordt na enige tijd
geactiveerd en het controlelampje dooft.
Het systeem wordt opnieuw geactiveerd
door de achterklep te sluiten en daarna
opnieuw te openen. Dit geldt zowel bij het
in- als uitklappen van de trekhaak.
Als het elektrische systeem heeft gedetec-
teerd dat er een aanhanger achter de auto
hangt, stopt het controlelampje met bran-
den.
Trekhaak inklappen
BELANGRIJK
Zorg dat er geen aansluitcontact of adapter
in de elektrische aansluiting zit bij het
inklappen van de trekhaak.
1.
Open de achterklep Druk de knop rechts-
achter in de bagageruimte in en laat hem
weer los – drukt u te lang, dan kan dat
betekenen dat het inklappen niet start.
> De trekhaak klapt automatisch uit in
een onvergrendelde positie. De led in
de knop knippert oranje.