Bij een storing in het alarmsysteem
Als er een storing in het alarmsys-
teem is opgetreden, verschijnen het
symbool en de melding
alarmsysteem Service vereist
het bestuurdersdisplay. Neem dan contact op
met een werkplaats – geadviseerd wordt een
erkende Volvo-werkplaats.
N.B.
Probeer niet zelf de onderdelen van het
alarmsysteem te repareren of te wijzigen.
Dergelijke pogingen kunnen van invloed
zijn op de verzekeringsvoorwaarden.
Gerelateerde informatie
Alarm* activeren en deactiveren (p. 293)
•
Verlaagde guard* (p. 294)
•
Safelock-functie* (p. 295)
•
14
Geldt voor een auto met passieve vergrendeling en ontgrendeling*.
Alarm* activeren en deactiveren
Bij vergrendeling van de auto wordt het
alarmsysteem geactiveerd.
Storing
Alarm activeren
op
Vergrendel de auto en activeer het alarmsys-
teem van de auto door
op de vergrendelingsknop op de transpon-
•
dersleutel te drukken
het gemarkeerde gebied op de buitenpor-
•
tiergrepen of de met rubber beklede druk-
plaat
14
op de achterklep aan te raken.
Bij een auto met passieve vergrendeling/
ontgrendeling* en elektrische achterklepbedie-
ning* kunt u ook gebruikmaken van de knop
aan de onderzijde van de achterklep om
de auto te vergrendelen en het alarmsysteem
in te schakelen.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM
Het rode ledje op het instrumentenpaneel knippert
eenmaal per twee seconden wanneer de auto ver-
grendeld en het alarmsysteem geactiveerd is.
Alarm deactiveren
Ontgrendel de auto en deactiveer het alarm-
systeem van de auto door
op de ontgrendelingsknop op de trans-
•
pondersleutel te drukken
een van de portiergrepen beet te pakken
•
of lichtjes op het met rubber beklede druk-
14
plaatje
op de achterklep te drukken.
}}
293
* Optie/accessoire.