Bediening
Hydraulische rem
27
afb. 31: Rempedaal
Mechanische rem
afb. 32: Parkeerrem 1001/1501
10
afb. 32: Parkeerrem 2001
3.8
Noodknipperlichten
afb. 33: Noodknipperlichten
3-18
Hydrostatische rijaandrijving.
Voetrem 2 werkend op de hydrostatische rijaandrijving. In pedaal - eindpositie wordt de
veerbuffer-rem in de achterste wielmotoren geactiveerd (bij 2001 in de voorste wielmoto-
ren)
Aanwijzing!
Op hellingen de bedrijfsrem 2 gebruiken om de gewenste
reductie van de rijsnelheid te bereiken.
Parkeerrem werkt mechanisch op de vooras.
3
De parkeerrem 3 wordt door naar voren drukken losgemaakt.
Aanwijzing!
Het losmaken van de parkeerrem 2 door een klap kan leiden tot beschadiging van
de hendel!
Door het naar boven trekken van de hendel wordt de parkeerrem 10 aangetrokken.
Door het bedienen van de schakelaar 39worden de noodknipperlichten in- resp. uitge-
schakeld.
39
HA 1001/1501/2001 NL - Editie 3.0 * * 12001b330.fm