Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Wacker Neuson 1001 Handleiding pagina 134

Inhoudsopgave

Advertenties

7.6.8.5
7.6.9
7.6.10
7.6.10.1
7.6.10.2
7.6.10.3
7.6.10.4
7.6.10.5
7.6.11
7.6.11.1
7.6.11.2
HA 1001/1501/2001 NL - Editie 3.0 * 12001b710.fm
Veiligheidsaanwijzingen voor de werking met grondverzetmachines
In geval van een stroomovergang gelden de volgende gedragsregels:
• Bestuurderstand niet verlaten,
• Buitenstaanders voor het dichterbij komen en het aanraken van de machine
waarschuwen,
• indien mogelijk, de werkinrichting of de totale grondverzetmachine uit de gevarenzone
brengen,
• Zorg dat de stroom wordt uitgeschakeld!
• Machine pas verlaten, wanneer de geraakte / beschadigde leiding stroomloos is
geschakeld.
Gebruik overdag en in gesloten ruimten
Worden grondverzetmachines overdag en in gesloten ruimten gebruikt, moet voor vol-
doende ventilatie worden gezorgd en de daarvoor geldende voorschriften worden aange-
houden.
Werkonderbrekingen
Voor werkpauzes en werkeinde moet de bestuurder de grondverzetmachine op een
zo´n vlak mogelijke ondergrond plaatsen met voldoende draagvermogen en tegen
bewegen beveiligen.
De werkinrichtingen moeten zo worden neergezet of worden beveiligd, dat zij niet kunnen
gaan bewegen.
Zijn de werkinrichtingen niet neergezet of beveiligd, mag de bestuurder de grond-
verzetmachine niet verlaten.
Grondverzetmachines dienen alleen daar te worden neergezet, waar zij geen hin-
dernis vormen, bijvoorbeeld voor het verkeer op de openbare weg of de bouw-
plaats.
Zij dienen eventueel door waarschuwingen, bijv. waarschuwingsdriehoeken, signa-
lerende lijnen, knipper
- of waarschuwingslichten te worden beveiligd.
Voor het verlaten van de bedieningstand moet de bestuurder alle bedieningsinrich-
tingen in nulpositie brengen en de remmen vastzetten.
Verwijdert de bestuurder zich van de grondverzetmachine, moet hij vooraf de aan-
drijfmotoren stilzetten en tegen onbevoegd in gang zetten beveiligen.
Gebruik van hefinrichtingen
Als hijsinzet wordt het heffen, transporteren en lozen van lasten met behulp van
een aanslagmiddel (kabel, ketting enz.) omschreven, waarbij voor het aanslaan en
lozen van de last de hulp van personen nodig is.
Dat is bijv. het heffen en lozen van buizen, schachtringen of containers met grondverzet-
machines.
Grondverzetmachines mogen alleen met hefinrichtingen worden gebruikt, wanneer
de voorgeschreven veiligheidsinrichtingen aanwezig zijn en goed werken.
Dat zijn bijvoorbeeld voor hydraulische graafmachines:
• veilige aanslagmogelijkheid van een draagmiddel,
• tabel met draagvermogen,
• en aanvullend bij hydraulische baggers met een toegestane draagcapaciteit van meer
dan 1000 kg of een kiepmoment van meer dan 40 000 Nm
• Waarschuwing voor overbelasting,
• Leidingbreukzekering(en) op (de) hijsarmhefcilinder(s).
7-7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

15012001

Inhoudsopgave