Bediening
Wanneer de motor is gestart ...
Motor warmloop
Motor starten met starthulp (stroomleverende accu)
Ontladen accu
12 V
12 V
Stroomgevende
accu
afb. 28: Starthulp met startkabel
34001b710_05.eps
3-16
☞
Controleer of alle controlelampjes zijn gedoofd:
☞
Motor laten warmlopen
In de winter:
☞
Toerental langzaam opvoeren
☞
Motor pas volledig belasten als de bedrijfstemperatuur bereikt is
Na het starten de motor bij licht verhoogd stationair toerental laten warmlopen. Tijdens de
warmloopfase de motor zonder last gebruiken (snelheidsschakelaar in neutrale stand
). Tijdens de warmloopfase erop letten of ongewone geluiden, uitlaatgasverkleuring, lek-
ken, storingen of beschadigingen zich voordoen. Mochten er storingen, beschadigingen of
lekken optreden, machine beveiligen, uitschakelen en de storingsoorzaak vaststellen res-
pectievelijk schade repareren..
Veiligheidsvoorschriften
• Gebruik de starthulp nooit wanneer de accu van het voertuig is bevroren. Kans op
explosies!
☞
Bevroren accu's als gevaarlijk afval afvoeren!
• Stroomgevend voertuig en de graafmachine mogen geen contact maken met elkaar
tijdens de overbrugging met startkabels - Gevaar voor vonkvorming!
• De spanning van de hulpstroombron moet 12 V bedragen; een hogere voedings-
spanning beschadigt de elektrische installatie van het voertuig!
• Gebruik uitsluitend geteste startkabels die voldoen aan de veiligheidseisen en die zich
in uitstekende staat bevinden!
• De aan de + pool van de stroomgevende accu aangesloten startkabel mag geen
contact maken met elektrisch geleidende voertuigonderdelen
– Kortsluitinggevaar!
• Leg de startkabels zo dat deze niet kunnen worden gegrepen door draaiende onder-
delen in het motorcompartiment!
Werkwijze
☞
Het stroomleverende voertuig zodanig tot aan de dumper rijden, dat de startkabel lang
genoeg is voor overbrugging van de accu's
☞
Motor van het stroomgevende voertuig laten lopen
☞
Sluit eerst één uiteinde van de rode kabel (+) aan op de +-pool van de lege accu, dan
het andere uiteinde op de
+-pool van de stroomleverende accu vastklemmen
☞
Een uiteinde van de zwarte kabel (
klemmen
☞
Sluit het andere uiteinde van de zwarte kabel (
deel dat vast met het motorblok is verbonden of op het motorblok zelf. Niet aan de min-
pool van de lege accu aansluiten, omdat het uit de accu uitstromende knalgas bij
vonkvorming tot ontsteking zou kunnen komen.
☞
Motor van het voertuig met de lege accu starten
Als het voertuig gestart is:
☞
Verwijder de beide startkabels bij een draaiende motor in exact de omgekeerde volg-
–
+
orde (eerst
-pool, dan
accu!
–
–
) aan de
-pool van de stroomgevende accu vast-
–
) aan op een massief metalen onder-
-pool). Hierdoor voorkomt u vonkvorming in de buurt van de
HA 1001/1501/2001 NL - Editie 3.0 * * 12001b330.fm