8.7
Displayinstrument CanDis (o)
Het instrument toont de volgende parameters:
Indicatie batterijcapaciteit (alleen bij
83
inbouwlader)
84
Led-balken voor laadtoestand van de batterij
Pictogram "let op" (geel),
85
Opladen van batterij wordt aanbevolen
Pictogram "stop" (rood); hefuitschakeling,
86
Batterij moet worden opgeladen
Geen pictogram bij instelling batterijtype op
normale batterijen of natte batterij met extra
capaciteit
Pictogram "T" verschijnt tijdens het gebruik
87
permanent bij instelling van het batterijtype
op onderhoudsvrije batterij
Pictogram "T" verschijnt tijdens het gebruik
knipperend bij instelling van het batterijtype
op speciale batterij zoals XFC
6-cijferig lcd-display:
– Bedrijfsuren
88
– Parameters invoeren en wijzigen
– Gebeurtenismeldingen
Indicatie laadtoestand
De laadtoestand wordt aangegeven met acht led-balken.
Acht brandende led-balken komen overeen met een geheel opgeladen batterij.
Eén brandende led-balk komt overeen met een bijna lege batterij.
Als het pictogram "let op" (85) begint te knipperen, wordt aanbevolen om de batterij
op te laden.
Als het pictogram "let op" (85) continu gaat branden, moet de batterij worden
opgeladen.
Als het pictogram "stop" (86) brandt, moet de batterij meteen worden geladen.
Indien geactiveerd gaat in dit geval de ontlaadbewaker af, zie pagina 154.
Z
Vanaf welke laadtoestand de pictogrammen "let op" (85) en "stop" (86) beginnen te
branden, verschilt per batterijtype.
83
85
87
84
86
88
153