Conformiteitsverklaring Jungheinrich AG, Am Stadtrand 35, D-22047 Hamburg Fabrikant of in de Gemeenschap gevestigde vertegenwoordiger Type Optie Seriennr. Bouwjaar ESE 120K ESE 120L Aanvullende gegevens In opdracht van Data H EG-conformiteitsverklaring Ondergetekenden verklaren hierbij dat het genoemde aangedreven interne trans-...
Pagina 4
Constructie, gewicht en afmetingen van de batterij hebben een aanmerkelijke invloed op de bedrijfsveiligheid van het interne transportmiddel, in het bijzonder ook op de stabiliteit en het draagvermogen. Het gebruik van ongeschikte, door Jungheinrich niet voor het interne transportmiddel vrijgegeven batterijen kan bij de energieterugwinning tot een verslechtering van de remeigenschappen van het interne transportmiddel leiden en bovendien aanmerkelijke schade aan de elektrische besturing veroorzaken.
Pagina 6
Voorwoord Aanwijzingen voor de handleiding Voor een veilig gebruik van het interne transportmiddel is kennis nodig, die u in deze ORIGINELE HANDLEIDING vindt. De informatie is weergegeven in korte, overzich- telijke vorm. De hoofdstukken zijn alfabetisch gerangschikt en de pagina's zijn door- gaand genummerd.
Pagina 7
Auteursrecht Het auteursrecht op deze handleiding is in handen van JUNGHEINRICH AG. Jungheinrich Aktiengesellschaft Am Stadtrand 35 22047 Hamburg - Deutschland Telefoon: +49 (0) 40/6948-0 www.jungheinrich.com...
Inhoudsopgave Gebruik volgens bestemming..........Algemeen ....................Reglementair gebruik ................Toegestane gebruiksvoorwaarden ............Verplichtingen van de exploitant.............. Aanbouwen van aanbouwapparaten en/of accessoires ......Beschrijving van het voertuig ..........Beschrijving van de toepassing ............... Voertuigtypen en nominaal hefvermogen..........Beschrijving van modules en functies ............. Overzicht modules...................
Pagina 9
Bediening ................Veiligheidsvoorschriften voor gebruik van het interne transportmiddel ... Beschrijving van de indicatie- en bedienelementen ........ Combi-instrument o ................Batterijverbruik-indicator, batterijverbruik-bewaker, werkurenteller o..Intern transportmiddel in gebruik nemen ..........Controles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfstelling....Zithulp instellen..................Bedrijfsklaar maken ................. Intern transportmiddel veilig neerzetten ..........
Bijlage Gebruiksaanwijzing JH-tractiebatterij Deze gebruiksaanwijzing is alleen voor batterijtypen van het merk Jungheinrich toegestaan. Indien andere merken gebruikt worden moeten de gebruiksaanwijzingen van deze fabrikant nageleefd worden.
A Gebruik volgens bestemming Algemeen Het interne transportmiddel in deze handleiding is bedoeld voor het heffen en transporteren van lasten. Het moet worden gebruikt, bediend en onderhouden volgens de gegevens in deze gebruiksaanwijzing. Een ander gebruik is niet volgens de bestemming en kan leiden tot lichamelijk letsel, beschadiging van het interne transportmiddel of andere materiële schade.
Verplichtingen van de exploitant Exploitant in de zin van deze handleiding is iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon die het interne transportmiddel zelf gebruikt of in wiens opdracht het wordt gebruikt. In bijzondere situaties (bijvoorbeeld leasen of huren) is de exploitant de persoon die overeenkomstig de bestaande contractovereenkomst tussen eigenaar en gebruiker van het interne transportmiddel de genoemde bedrijfsplichten moet waarnemen.
B Beschrijving van het voertuig Beschrijving van de toepassing De ESE 120 is een vierwielige, elektrische vorkheftruck met een zijwaarts gerichte chauffeursstandplaats en zithulp, en is uitgerust met elektrische stuurwielbediening. Hij is bedoeld voor gebruik op een effen vloer, voor transport van goederen. U kunt rolwagens en pallets met open bodemoplaag of dwarsplanken (als deze zich buiten het bereik van de lastwielen bevinden) opnemen.
Beschrijving van modules en functies Overzicht modules Omschrijving Aanduiding t Rijschakelaar t Batterijkap t Combi-instrument t Hefinrichting o Informatie- en service-indicatie t Aandrijfwiel t Stuurwiel 10 t Steunwiel o Sleutelschakelaar 11 t Dodemansknop t NOODSTOP-schakelaar 12 o Aandrijfkap t Zithulp t = Standaarduitvoering o = Optionele uitvoering...
Functiebeschrijving Veiligheidsvoorzieningen – De wielen zijn rondom voorzien van een stabiele bumper. – In gevaarlijke situaties kunnen alle elektrische functies worden uitgeschakeld met de NOODSTOP-schakelaar. NOODSTOP-veiligheidsconcept – De noodstop wordt geactiveerd door de rijregeling. – De stuurregeling zendt een systeemstatus-signaal uit, dat wordt bewaakt door de rijregeling.
Technische gegevens Technische gegevens volgens VDI 2198. Technische veranderingen en aanvullingen voorbehouden. Prestatiegegevens Standaard (t) Rapid- aandrijving (o) Q Nominale hefcapaciteit 2000 2000 Rijsnelheid 8,5/10,5 9,5/12,5 km/h met / zonder nominale last Hefsnelheid 0,04/0,05 0,04/0,05 met / zonder nominale last Daalsnelheid 0,065/0,04 0,065/0,04...
Gewichten ESE 120 kort ESE 120 lang Eigen gewicht zonder batterij Aslast met last 1017/1840 1090/1900 vooraan / achteraan + batterij Aslast zonder last 642/215 750/240 vooraan / achteraan + batterij Batterijgewicht Banden ESE 120 kort ESE 120 lang Bandenmaat aandrijving 230 x 78 Bandenmaat lastdeel 85 x 85...
EN-normen Gemiddeld geluidsdrukniveau – ESE 120K/120L: 66 dB(A) conform EN 12053 in overeenstemming met ISO 4871. Het gemiddelde geluidsdrukniveau wordt bepaald op basis van de normgegevens en omvat het geluidsdrukniveau bij het rijden, heffen en stationair draaien. Het geluidsdrukniveau wordt gemeten bij het oor van de bestuurder.
Elektrische eisen De producent bevestigt de naleving van de eisen voor het ontwerp en de vervaardiging van de elektrische uitrusting bij gebruik van het interne transportmiddel volgens de bestemming op grond van EN 1175 "Veiligheid van gemotoriseerde transportwerktuigen - Elektrische eisen".
Gemarkeerde punten en typeplaatjes 2000 1,5 V Pos Aanduiding Bevestigingspunten voor laden met een kraan Hefcapaciteit Q Typeplaatje Goedkeuringsplaatje Plaatje ”Attentie elektronica en lage spanning”...
Typeplaatje Pos. Aanduiding Pos. Aanduiding Type Bouwjaar Serienummer Zwaartepuntafstand last in mm Nominaal hefvermogen in kg Aandrijfvermogen Batterijspanning in V Batterijgewicht min/max in kg Leeg gewicht zonder batterij in kg Producent Optie Logo van de producent Bij vragen over het interne transportmiddel of bij het bestellen van onderdelen het serienummer aangeven (30).
C Transport en eerste inbedrijfstelling Laden met een kraan WAARSCHUWING! Gevaar voor ongevallen door onvakkundig laden met kraan Door gebruik van ongeschikte hijsmiddelen en een onjuiste toepassing ervan kan het interne transportmiddel tijdens het laden met een kraan naar beneden vallen. Het interne transportmiddel bij het hijsen niet stoten en ongecontroleerde bewegingen voorkomen.
Transport WAARSCHUWING! Ongecontroleerde bewegingen tijdens het transport Een ondeskundige borging van het interne transportmiddel en de hefmast tijdens het transport kan tot ernstige ongevallen leiden. Het laden moet worden uitgevoerd door eigen geschoold vakpersoneel volgens de aanbevelingen van de richtlijnen VDI 2703 en VDI 2703. De juiste dimensionering en de realisering van veiligheidsmaatregelen voor het laden gedetailleerd vastleggen.
Eerste inbedrijfstelling VOORZICHTIG! Intern transportmiddel uitsluitend batterijstroom rijden! Gelijkgerichte wisselstroom beschadigt de elektronische onderdelen. Kabelverbindingen naar de batterij (losse aansluitkabels) moeten korter dan 6 m zijn en een minimale leidingdoorsnede van 50 mm hebben. Werkwijze • Uitrusting op volledigheid controleren •...
D Batterij onderhouden, opladen, vervangen Veiligheidsvoorschriften bij de omgang met zuurbatterijen Onderhoudspersoneel Uitsluitend hiervoor opgeleid personeel mag de batterijen opladen, onderhouden en vervangen. Bij het uitvoeren van de werkzaamheden deze handleiding en de voorschriften van de fabrikant van de batterij en het batterijlaadstation in acht nemen. Brandpreventiemaatregelen Als er met batterijen wordt gewerkt, mag er niet worden gerookt en mag er geen open vuur worden gebruikt.
WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen en letsel bij het hanteren van batterijen De batterijen bevatten opgelost zuur dat giftig en bijtend is. Elk contact met batterijzuur moet vermeden worden. Voer de oude batterijzuren volgens de voorschriften af. Bij alle werkzaamheden aan de batterijen moet er beslist beschermende kleding en oogbescherming worden gedragen.
Batterij vrijmaken VOORZICHTIG! Beknellingsgevaar Bij het sluiten van de klep/afdekking mag er zich niets tussen klep/afdekking en intern transportmiddel bevinden. WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen door een niet geborgd intern transportmiddel Plaatsing van het interne transportmiddel op hellingen of met omhooggebrachte last cq.
Batterij laden WAARSCHUWING! Explosiegevaar door gassen die ontstaan tijdens het laden Bij het laden geeft de batterij een mengsel van zuurstof en waterstof (knalgas) af. De gasvorming is een chemisch proces. Dit gasmengsel is zeer explosief en mag niet worden ontstoken. Het aansluiten en loskoppelen van laadkabels van het batterijlaadstation met de batterijstekker mag alleen plaatsvinden als het laadstation en interne transportmiddel is uitgeschakeld.
Pagina 34
Laden van batterij beëindigen, het voertuig weer bedrijfsklaar maken AANWIJZING Wanneer het laden voortijdig wordt onderbroken, is niet de volledige batterijcapaciteit beschikbaar Voorwaarden – Batterij is volledig geladen. Werkwijze • Lader uitschakelen. • Batterijstekker uit lader trekken. • Batterijstekker aansluiten op het interne transportmiddel. Voertuig is weer bedrijfsgereed...
Batterij demonteren en monteren WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen bij het uit- en inbouwen van de batterij Door het gewicht en de batterijzuren, kan er bij het uit- en inbouwen van de batterij letsel ontstaan. Neem de paragraaf „Veiligheidsvoorschriften in de omgang met zuurbatterijen“ in dit hoofdstuk in acht.
Pagina 36
VOORZICHTIG! Na het inbouwen alle kabel- en stekkerverbindingen controleren op zichtbare schade. De batterij moet stevig in de heftruck zijn bevestigd, teneinde schade door onverwachte bewegingen te vermijden. Controleer of de batterijvergrendeling (42) goed zit. De batterijkap en de zijwand moeten stevig zijn gesloten. Controle van het zuurniveau van de batterij Voorwaarden...
E Bediening Veiligheidsvoorschriften voor gebruik van het interne transportmiddel Rijbevoegdheid Het interne transportmiddel mag alleen worden gebruikt door personen, die zijn opgeleid in de bediening van het interne transportmiddel, die hun vaardigheden in het rijden en hanteren van lasten hebben aangetoond aan de exploitant of diens gemachtigde, en die van deze persoon nadrukkelijk opdracht hebben gekregen tot het bedienen van het interne transportmiddel.
Gevarenzone WAARSCHUWING! Gevaar voor ongevallen / letsel in de gevarenzone van het interne transportmiddel De gevarenzone is de zone waarbinnen personen gevaar lopen door de rij- en hefbewegingen interne transportmiddel, lastopnamemiddelen (bijvoorbeeld vorktanden of aanbouwdelen) of de last. Hiertoe behoort ook de zone waar vallende lasten of een dalende / vallende werkinrichting terecht kunnen komen.
Beschrijving van de indicatie- en bedienelementen...
Pagina 41
Bedien-/indicatie- Functie element t Regelt rijrichting en snelheid. Rijregelaar o Geeft de restcapaciteit van de batterij en de Combi-instrument reeds gedraaide werkuren van de heftruck weer (zie hoofdstuk D, paragraaf 6). o Indicatie van belangrijke rij- en Informatie- en service- indicatie hefparameters;...
Combi-instrument Batterijverbruikindicator: de 10 balken van het batterijsymbool (10) geven de laadtoe- stand van de batterij in stappen van 10% õUNGHEINRICH weer. Met voortschrijdende ontlading doven de bal- ken van boven naar onderen. VOORZICHTIG! Stel bij gebruik van onderhoudsvrije batterijen het instrument zodanig in, dat het symbool T (11) naast de werkuren- indicatie verschijnt.
Batterijverbruik-indicator, batterijverbruik-bewaker, werkurenteller Ontladingsindicator van de batterij: het scherm van de informatie- en service-indicatie toont de laadtoestand van de batterij (1) in stappen van 10 %. VOORZICHTIG! De batterijverbruik-indicator / batterij- BAT T : 0 0 % 4 7 1 h verbruik-bewaker wordt fabrieksmatig ingesteld op standaard batterijen.
Intern transportmiddel in gebruik nemen Controles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfstelling WAARSCHUWING! Beschadigingen en overige gebreken aan het interne transportmiddel of aanbouwapparaat (bijzondere uitvoeringen) kunnen tot ongevallen leiden. Wanneer bij de volgende controles beschadigingen of overige gebreken aan het interne transportmiddel aanbouwapparaat...
Zithulp instellen De heftruck is uitgerust met een zithulp waarvan u de neiging kunt instellen. – Omhoog geklapt = rugleuning – Omlaag geklapt = zithulp Zithulp op maat van de gebruiker instellen. Werkwijze • Zithulp omlaag klappen. • Door middel van de stelbout (9) neigt u naar de gewenste positie: naar links draaien = omlaag Naar rechts draaien = omhoog.
Bedrijfsklaar maken Intern transportmiddel inschakelen Voorwaarden – Controles en handelingen voorafgaande aan de dagelijkse inbedrijfstelling uitgevoerd, zie "Controles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfstelling" op pagina 41. Werkwijze • Schakel de NOODSTOP-schakelaar (5) in, door hem uit te trekken. • Intern transportmiddel inschakelen, daarvoor •...
Combi-instrument JUNGHEINRICH Het combi-instrument toont de beschikbare batterijcapaciteit. o Informatie- en service-indicatie De informatie- en service-indicatie toont korte tijd heftruckherkenning, BATT: 100% vervolgens de actuele stuurstand van het aandrijfwiel, de batterijcapaciteit en de werkuren. Intern transportmiddel veilig neerzetten WAARSCHUWING!
Batterijbewaker De batterijverbruik-indicator / batterijverbruik-bewaker wordt fabrieksmatig inge- steld op standaard batterijen. Bij gebruik van onderhoudsvrije cq. speciale batterijen moeten de indicatie- en uitschakelpunten van de batterij-ontladingsbe- wakers door bevoegd vakpersoneel worden ingesteld. Wanneer u dat niet doet, kan de batterij worden beschadigd door uitputting. VOORZICHTIG! Door uitputting gaat de batterij minder lang mee.
Werken met het interne transportmiddel Veiligheidsregels voor het rijden Rijwegen en werkzones Er mag uitsluitend over wegen worden gereden, die zijn vrijgegeven voor verkeer. Onbevoegde derden mogen niet in het werkbereik komen. U mag de last uitsluitend op de daarvoor bedoelde locaties neerzetten. U mag het intern transportmiddel uitsluitend in voldoende verlichte werkgebieden verplaatsen, om gevaar voor personen en materiaal te vermijden.
Pagina 50
In liften en op laadbruggen rijden U mag uitsluitend in liften rijden, wanneer deze voldoende hefvermogen hebben, constructief geschikt zijn om te worden bereden, en door de eigenaar zijn vrijgegeven om te worden bereden. Controleer dit voordat u in de lift of op de laadbrug rijdt. Rijd het interne transportmiddel met de last naar voren in de lift, en neem een positie in die contact met de schachtwanden uitsluit.
NOODSTOP, rijden, sturen en remmen 4.2.1 NOODSTOP NOODSTOP indrukken Werkwijze VOORZICHTIG! Gevaar op ongevallen Voorwerpen mogen de werking van de NOODSTOP-schakelaar niet beïnvloeden. NOODSTOP-schakelaar (5) niet als bedrijfsrem gebruiken. • NOODSTOP-schakelaar (5) indrukken. Alle elektrische functies zijn uitgeschakeld. Het interne transportmiddel wordt automatisch afgeremd tot aan stilstand.
Pagina 52
4.2.3 Rijden VOORZICHTIG! Rijd uitsluitend met gesloten en correct vergrendelde kap. Werkwijze • Intern transportmiddel in gebruik nemen (zie "Intern transportmiddel in gebruik nemen" in hoofdstuk 5). • Dodemansknop (11) bedienen. VOORZICHTIG! De stuurinrichting schakelt niet automatisch in de stand rechtuit rijden - vertrek voorzichtig.
Pagina 53
Op een helling rijden VOORZICHTIG! De last moet zich aan de hoge zijde van de heftruck bevinden. De heftruck beveiligen tegen ”wegrollen” De bedrijfsrem komt na een korte schok automatisch in de nulpositie van de rijschakelaar (1) (de besturing herkent het terugrollen aan een helling). Via de rijschakelaar (1) wordt de bedrijfsrem gedeactiveerd en de snelheid en rijrichting gekozen.
Pagina 54
Remmen met de motorrem Werkwijze • Laat de rijschakelaar los tijdens het rijden - nulpositie. Het interne transportmiddel wordt met de uitrolrem generatorisch afgeremd tot aan stilstand. De kracht van de afremming kan door de klantenservice worden ingesteld.
Opnemen, transporteren en neerzetten van lasten WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen door niet volgens de voorschriften geborgde of geplaatste lasten Voordat u een last opneemt, moet u er zeker van zijn dat deze op juiste wijze op pallets is geplaatst en dat het toegelaten hefvermogen van het interne transportmiddel niet wordt overschreden.
4.3.2 Lasten transporteren Voorwaarden – Last correct opgenomen. – Perfecte toestand van de vloer. Werkwijze • Intern transportmiddel nauwkeurig versnellen en afremmen. • Rijsnelheid aan de toestand van de rijwegen en de getransporteerde last aanpassen. • Intern transportmiddel met gelijkmatige snelheid rijden. •...
Storingshulp Dit hoofdstuk maakt het de gebruiker mogelijk, eenvoudige storingen of de gevolgen van een verkeerde bediening zelf te lokaliseren en te verhelpen. Bij het lokaliseren van de storingen moet u de volgorde van de in de tabel genoemde handelingen aanhouden.
Intern transportmiddel zonder eigen aandrijving verplaatsen WAARSCHUWING! Ongecontroleerde beweging van het interne transportmiddel Bij het uitschakelen van de remmen moet u het interne transportmiddel op een vlakke vloer plaatsen, omdat geen remwerking meer aanwezig is. Rem niet loszetten op hellingen. Rem op de plaats van bestemming weer aantrekken.
Optie Informatie- en service-indicatie (LISA) BA T T : 1 0 % 2 0 h Op het scherm (11) van de informatie- en service-indicatie („LISA“) worden de batte- rijlading (1), de werkuren (12) en de stand van het gestuurde wiel (21) weergegeven. In de service- en diagnosemodus worden de bedrijfsgegevens weergegeven (zie hoofdstuk 7.1.3 "Vensterindicaties o").
7.1.2 Indeling van het knoppenpaneel Pos. Functie Viervoudige functie – verlaten van een geselecteerd menupunt – opslaan van gewijzigde parameters – Een vraag bevestigen met 'JA' -> "q" – aflezing wisselen tussen „bedrijfsuren“ / „tijd“ Dubbelfunctie – vrijgave van een selectiemenu uit het hoofdmenu –...
Pagina 61
7.1.3 Vensterindicaties o Op het scherm verschijnen bedrijfsgegevens en storingsmeldingen. Via het gebruikersmenu kunt u de volgende rijparameters instellen. Hier wordt de tijd tussen maximale bediening van BESCHLEUNIGUNG de rijschakelaar en 100% uitsturing van de elektronica ingesteld. Uitsluitend de servicedienst van de producent mag AUSROLLBREMSE deze rijparameter instellen.
Pagina 62
7.1.4 Heftruckparameters veranderen o VOORZICHTIG! U verandert het rijgedrag van de heftruck door de heftruckparameters te veranderen. Let daar op bij de inbedrijfstelling! Parameters mogen alleen worden veranderd indien het voertuig stilstaat en geen hefbewegingen uitvoert. Werkwijze • Neem de heftruck in gebruik (zie hoofdstuk 3 "Intern transportmiddel in gebruik nemen").
Pagina 63
Acceleratie Acceleratie Veranderen? Uitlooprem Uitlooprem Omkeerrem Omkeerrem Snelheid Snelheid aandrijfrichting aandrijfrichting Langzaam rijden Langzaam rijden aandrijfrichting aandrijfrichting Snelheid Snelheid lastrichting lastrichting Langzaam rijden Langzaam rijden lastrichting lastrichting Zoemer aan/uit Zoemer aan/uit Basisinsteling basis- Basisinsteling basis- waarden "Rijden" waarden "Rijden" Tijd instellen Tijd instellen L = bedrijfsparameter uitlezen (leesmodus) S = bedrijfsparameter wijzigen (schrijfmodus) met de toetsen...
Bedieningspaneel CanCode Beschrijving bedieningspaneel CanCode Het bedieningspaneel bestaat uit 10 cijfer-toetsen, een SET-toets en een o-toets. De o-knop toont de volgende bedrijfstoestanden via een rode/groene LED. – Codeslotfunctie (inbedrijfstelling interne transportmiddel). – Instelling van het rijprogramma afhankelijk van de instelling van het interne transportmiddel. –...
7.2.2 Parameter In de programmeermodus kunt u de parameters invoeren via het bedieningspaneel. Parametergroepen Het parameternummer is samengesteld uit drie cijfers. Het eerste cijfer is de parame- tergroep volgens tabel 1. De tweede en derde positie vormen een volgnummer van 00 tot 99. Parametergroepen Codeslotinstellingen (codes, vrijgave van het rijprogramma's, automatische uitschakeling etc)
Pagina 66
Parameterlijst Functie Bereik Standaard Opmerkingen over instelwaarde instelwaarde werkprocedure Mastercode 0000 - 9999 7295 – (LED 78 knippert) veranderen: De lengte Voer de actuele (4- tot 6-cijferig) van 00000 - 99999 code in de mastercode bepaalt – bevestigen ook de lengte 000000 - 999999 (Set 82) (4- tot 6-cijferig) van...
Pagina 67
Functie Bereik Standaard Opmerkingen over instelwaarde instelwaarde werkprocedure Code wissen 0000 - 9999 – (LED 79 knippert) Voer een nieuwe 00000 - 99999 code in – bevestigen 000000 - 999999 (Set 82) – (LED 80 knippert) herhalen invoer code – bevestigen (Set 82) Codegeheugen wissen 3265...
Pagina 68
Configuratie rijprogramma's voor code instellen Werkwijze • o-knop (81) indrukken. • Mastercode invoeren. • Driecijferig parameternummer 024 invoeren. • Invoer met de SET-knop (82) bevestigen. • Te wijzigen code invoeren en met SET bevestigen. • Cofiguratie invoeren (4-cijferig) en met SET bevestigen. •...
F Revisie van het interne transportmiddel Bedrijfsveiligheid en milieubescherming De in dit hoofdstuk beschreven controles en onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd volgens de intervallen op de controlelijsten voor het onderhoud. WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen en gevaar op beschadiging van onderdelen Iedere verandering aan het interne transportmiddel (vooral veiligheidsvoorzieningen) is verboden.
Veiligheidsvoorschriften voor de revisie Personeel voor revisie Het onderhoud van het interne transportmiddel mag alleen door de speciaal voor deze taken geschoolde klantenservice van de fabrikant worden uitgevoerd. Daarom adviseren we u een onderhoudscontract af te sluiten met de betreffende verkoopafdeling van de fabrikant.
Pagina 72
VOORZICHTIG! Gevaar op beschadigingen aan de elektrische installatie Het reinigen van de elektrische onderdelen van de installatie met water, kan leiden tot beschadiging aan de elektrische installatie. Reinigen van de elektrische installatie met water is verboden. Elektrische installatie niet met water reinigen. Elektrische installaties met zwakke zuig- of perslucht (compressor met wateraf- scheider gebruiken) en een niet-geleidende, antistatische kwast reinigen.
Pagina 73
Bedrijfsmiddelen en oude onderdelen VOORZICHTIG! Verbruiksmaterialen en oude onderdelen zijn gevaarlijk voor het milieu Oude onderdelen en vervangen bedrijfsmiddelen moeten op juiste wijze volgens de geldende bepalingen voor milieubescherming uit de weg geruimd worden. Voor het wisselen van de olie staat de speciaal voor deze taken geschoolde klantenservice van de producent ter beschikking.
WAARSCHUWING! Gevaar op ongevallen door lekkende hydraulische leidingen Uit lekke of defecte hydraulische leidingen kan hydraulische olie stromen. Vastgestelde gebreken direct bij uw leidinggevende melden. Defecte interne transportmiddelen kenmerken en buiten bedrijf stellen. Intern transportmiddel pas weer in gebruik nemen nadat het defect is gevonden en verholpen.
De condities waarin een intern transportmiddel wordt gebruikt, hebben een aanzienlijke invloed op de slijtage van de onderhoudscomponenten. Wij adviseren u om door de klantenadviseur van Jungheinrich ter plaatse de gebruikscondities te laten analyseren en hierop afgestemde onderhoudsintervallen te laten uitwerken, om schade door slijtage te voorkomen.
Onderhoudscontrolelijst Onderhoudsintervallen Standaard = t W A B C Koelhuis = k Frame en opbouw 1.1 Controleer alle dragende elementen op beschadiging. 1.2 Schroefverbindingen controleren. Controleren of het bestuurdersplatform goed werkt en niet is beschadigd. Onderhoudsintervallen Standaard = t W A B C Koelhuis = k Aandrijving 2.1 Controleer de overbrenging op lawaai en lekkages.
Pagina 77
Onderhoudsintervallen Standaard = t W A B C Koelhuis = k Hydraulische installatie 6.1 Controleer de werking. Controleer de verbindingen en aansluitingen op dichtheid en beschadiging. Controleer de dichtheid en bevestiging van de hydraulische cilinders, en controleer op schade. 6.4 Reinig het filter 6.5 Controleer het olieniveau.
Pagina 78
Onderhoudsintervallen Standaard = t W A B C Koelhuis = k Batterij 9.1 Controleer de zuurdichtheid, het zuurniveau en de celspanning. Controleer of de aansluitklemmen stevig zijn bevestigd, vet ze in met poolboutenvet. Reinig de batterij-stekkerverbindingen, controleer of ze stevig zijn bevestigd.
Bedrijfsmiddelen en smeerschema Veilig werken met bedrijfsmiddelen Werken met gebruiksmiddelen Bedrijfsmiddelen moeten altijd vakkundig en in overeenstemming met de aanwijzingen van de fabrikant worden gebruikt. WAARSCHUWING! Onvakkundige omgang brengt uw gezondheid en leven, en het milieu in gevaar Bedrijfsmiddelen kunnen brandbaar zijn. Breng bedrijfsmiddelen niet in contact met hete onderdelen of open vuur.
Pagina 80
WAARSCHUWING! Oliën (kettingspray / hydraulische olie) zijn brandbaar en giftig. Oude olie op voorgeschreven wijze afvoeren. Oude olie tot de verwijdering veilig en op de voorgeschreven wijze bewaren Olie niet morsen. Gemorste en/of ontsnapte vloeistof moet direct met geschikt bindmiddel worden verwijderd.
Smeerschema 0,7 l B + C 1,25 - 1,3 l g Glijvlakken a Aftapbout transmissieolie s Smeernippels Vulopening hydraulische olie b Vulopening transmissieolie Mengverhouding voor gebruik in koelhuizen 1:1 1,25 - 1,3 liter afhankelijk van de uitvoering van de overbrenging (altijd tot aan de onderkant vuldop).
Beschrijving van de onderhoudswerkzaamheden Intern transportmiddel voorbereiden op onderhouds- en revisie- werkzaamheden Alle vereiste veiligheidsmaatregelen nemen voor het voorkomen van ongevallen bij onderhouds- en revisiewerkzaamheden. De volgende voorwaarden realiseren: Werkwijze • Intern transportmiddel op een vlakke ondergrond neerzetten. • Hoofdhef en extra hef volledig neerlaten. •...
Draai de wielbouten vast. Draai de wielbouten aan het aandrijfwiel vast volgens de in de controlelijst aangegeven onderhoudsintervallen, zie "Onderhoud en inspectie" op pagina 72 Draai de wielbouten vast. Voorwaarden – Intern transportmiddel voorbereiden op de onderhouds- en revisiewerkzaamhe- den, zie "Intern transportmiddel voorbereiden op onderhouds- en revisiewerkzaam- heden"...
Aandrijfkap afnemen Werkwijze • Zithulp (6) evt. omhoog trekken. • Aandrijfkap (12) aan de greep (50) voor- zichtig openen, lostrekken en veilig neerleggen. De montage gebeurt in de omgekeerde volgorde. VOORZICHTIG! Uitsluitend met gesloten en correct vergrendelde kap rijden.
Elektrische zekeringen controleren Zekeringen controleren Voorwaarden – Intern transportmiddel is voorbereid op onderhouds- en revisiewerkzaamheden. Werkwijze • Aandrijfkap afnemen. • Zekeringen controleren op de juiste waarde volgens de tabel en indien nodig vervangen. • De aandrijfkap opnieuw monteren. Zekeringen zijn gecontroleerd. Pos.
Inbedrijfstelling van het interne transportmiddel na onderhouds- en revisiewerkzaamheden Werkwijze • Intern transportmiddel grondig reinigen. • Intern transportmiddel volgens het smeerschema smeren, zie "Bedrijfsmiddelen en smeerschema" op pagina 76. • Batterij reinigen, de poolbouten insmeren met poolvet en batterij vastklemmen. •...
Intern transportmiddel stilleggen Wanneer het interne transportmiddel langer dan 1 maand wordt stilgelegd (bijvoorbeeld uit bedrijfskundige overwegingen), mag u het uitsluitend in een vorstvrije en droge ruimte parkeren. Voer de maatregelen voor, tijdens en na stillegging uit, zoals hierna beschreven. WAARSCHUWING! Veilig optillen en op de bok plaatsen van het interne transportmiddel Bij het optillen van het interne transportmiddel de bevestigingsmiddelen uitsluitend op...
Maatregelen voorafgaande aan stillegging Werkwijze • Intern transportmiddel grondig reinigen. • Werking van de rem controleren. • Controleer het peil van de hydraulische olie en vul indien nodig hydraulische olie bij, zie "Bedrijfsmiddelen" op pagina 79. • Een dunne olie- of vetfilm aanbrengen op alle mechanische onderdelen van de machine, die niet zijn voorzien van een verflaag.
Inbedrijfname van het interne transportmiddel na stillegging Werkwijze • Intern transportmiddel grondig reinigen. • Intern transportmiddel volgens het smeerschema smeren, zie "Bedrijfsmiddelen en smeerschema" op pagina 76. • Batterij reinigen, de poolbouten insmeren met poolvet en batterij vastklemmen. • Batterij laden, zie "Batterij laden" op pagina 30. •...
Er moet een veiligheidscontrole volgens de nationale voorschriften worden uitgevoerd. Jungheinrich adviseert een controle volgens FEM-richtlijn 4.004. Jungheinrich heeft voor deze controles een speciale garantieservice met overeenkomstig opgeleide medewerkers. Een persoon die hier speciaal voor is opgeleid, moet het interne transportmiddel na bijzondere gebeurtenissen of minstens één keer per jaar (nationale voorschriften in...
Pagina 92
A Bijlage tractiebatterij Inhoudsopgave Bijlage tractiebatterij..............Gebruik volgens bestemming ..............Typeplaatje ....................Veiligheidsaanwijzingen, waarschuwingen en andere aanwijzingen..Loodbatterijen met pantserplaatcellen en vloeibaar elektrolyt....Beschrijving ..................... Gebruik ....................Onderhoud loodbatterijen met pantserplaatcellen........Loodbatterijen met gesloten pantserplaatcellen PzV en PzV-BS.... Beschrijving ..................... Gebruik ....................
Gebruik volgens bestemming Als de gebruikshandleiding niet in acht worden genomen, als bij de reparatie geen originele vervangingsonderdelen worden gebruikt, als er eigenmachtige ingrepen plaatsvinden, als er additieven aan de elektrolyt wordt toegevoegd vervalt de garantie. Aanwijzingen voor het behoud van de beschermingsgraad tijdens het gebruik van de batterijen conform Ex I en Ex II in acht nemen (zie bijbehorend certificaat).
Veiligheidsaanwijzingen, waarschuwingen en andere aanwijzingen Gebruikte batterijen is afval dat onder strenge bewaking moet worden gerecycled. Deze batterij is voorzien van het recyclingteken en een doorgestreepte vuilnisbak en mag niet bij het huisvuil worden gegooid. De wijze van terugname en hergebruik moet volgens artikel 8 van de Duitse batterijenwetgeving (BattG) worden overeengekomen met de producent van de batterij.
Loodbatterijen met pantserplaatcellen en vloeibaar elektrolyt Beschrijving Tractiebatterijen van Jungheinrich zijn loodbatterijen met pantserplaatcellen en vloeibaar elektrolyt. De benamingen voor de tractiebatterijen zijn PzS, PzB, PzS Lib en PzM. Elektrolyt De nominale dichtheid van het elektrolyt heeft betrekking op 30 °C en de nominale elektrolytstand in volledig opgeladen toestand.
Gebruik 4.2.1 Lege batterijen in bedrijf nemen De vereiste activiteiten moeten worden uitgevoerd door de klantenservice van de producent of door een door de producent geautoriseerde klantenservice. 4.2.2 Gevulde en geladen batterijen in bedrijf nemen Controles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfstelling Werkwijze •...
4.2.4 Batterij opladen WAARSCHUWING! Explosiegevaar door gassen die ontstaan tijdens het laden Bij het laden geeft de batterij een mengsel van zuurstof en waterstof (knalgas) af. De gasvorming is een chemisch proces. Dit gasmengsel is zeer explosief en mag niet worden ontstoken.
Pagina 98
Tijdens het laden stijgt de elektrolyttemperatuur met ongeveer 10 K. Daarom mag pas worden begonnen met het opladen als de elektrolyttemperatuur lager is dan 45 °C. De elektrolyttemperatuur van batterijen moet voorafgaande aan het laden minimaal +10 °C bedragen, omdat anders de correcte lading niet wordt bereikt. Onder de 10 °C wordt de batterij bij standaardlaadtechniek onvoldoende geladen.
Onderhoud loodbatterijen met pantserplaatcellen Waterkwaliteit De waterkwaliteit voor het opvullen van elektrolyt moet voldoen aan die van gezuiverd of gedestilleerd water. Gereinigd water kan van leidingwater door destillatie of met een ionenwisselaar worden gemaakt en is dan geschikt voor het maken van elektrolyt.
Loodbatterijen met gesloten pantserplaatcellen PzV en PzV-BS Beschrijving PzV-batterijen zijn gesloten batterijen met vastgelegd elektrolyt, waarbij gedurende de volledige bruikbaarheidsduur geen water mag worden bijgevuld. Als afsluitdoppen worden veiligheidsventielen gebruikt die bij het openen vernietigd worden. Tijdens het gebruik worden aan de gesloten batterijen dezelfde veiligheidseisen gesteld als aan batterijen met vloeibare elektrolyt, om een elektrische schok, een explosie van de elektrolytische laadgassen en in het geval van een vernietiging van de celbehuizingen het gevaar door de corrosieve elektrolyt te voorkomen.
Gebruik 5.2.1 Inbedrijfstelling Controles en handelingen vóór de dagelijkse inbedrijfstelling Werkwijze • Controleren of de batterij mechanisch in goede staat verkeert. • Controleren of de batterij-eindafleiding correct gepoold is (plus op plus en min op min) en goed contact maakt. •...
Pagina 102
5.2.3 Batterij opladen WAARSCHUWING! Explosiegevaar door gassen die ontstaan tijdens het laden Bij het laden geeft de batterij een mengsel van zuurstof en waterstof (knalgas) af. De gasvorming is een chemisch proces. Dit gasmengsel is zeer explosief en mag niet worden ontstoken.
Pagina 103
Batterij opladen Voorwaarden – Elektrolyttemperatuur tussen +15 °C en 35 °C Werkwijze • Deksels of afdekplaten van de batterijruimte openen of verwijderen. • De batterij met de juiste polen (plus op plus en min op min) op de uitgeschakelde lader aansluiten. •...
Onderhoud loodbatterijen met gesloten pantserplaatcellen PzV en PzV-BS Geen water bijvullen! 5.3.1 Dagelijks – Batterij na iedere ontlading opladen. 5.3.2 Wekelijks – Visuele controle op vervuiling of mechanische beschadigingen. 5.3.3 Per kwartaal – Totaalspanning meten en registreren. – Afzonderlijke spanningen meten en registreren. –...
Functiebeschrijving Het waterbijvulsysteem Aquamatik wordt gebruikt voor het automatisch instellen van de nominale elektrolytstand bij aandrijfbatterijen voor interne transportmiddelen. De batterijcellen zijn met slangen met elkaar verbonden en worden met een steekaansluiting aangesloten op het waterbijvulstation (bijvoorbeeld watertank). Na het openen van de afsluitkraan worden alle cellen met water gevuld. De Aquamatik- stop regelt het benodigde watervolume en zorgt ervoor dat bij een bepaalde waterdruk op het ventiel de watertoevoer wordt afgesloten en het ventiel veilig wordt gesloten.
Vulduur De vulduur van een batterij is afhankelijk van het elektrolytniveau, de omgevingstemperatuur en de vuldruk. Het vullen wordt automatisch beëindigd. De watertoevoerleiding moet na het einde van het vullen van de batterij worden losgekoppeld. Waterkwaliteit De waterkwaliteit voor het opvullen van elektrolyt moet voldoen aan die van gezuiverd of gedestilleerd water.
Reinigingsmethoden De stopsystemen mogen uitsluitend met gezuiverd water conform DIN 43530-4 worden gereinigd. Delen van de stoppen mogen niet met oplosmiddelhoudende stoffen of zepen in aanraking komen. 6.10 Servicewagen Mobiele watervulwagen met pomp en vulpistool voor het vullen van afzonderlijke cellen.
Elektrolytcirculatie Functiebeschrijving De elektrolytcirculatie zorgt door de toevoer van lucht tijdens het laden voor een vermenging van de elektrolyt en voorkomt zo zuurlagen, verkort de laadtijd (laadfactor ca. 1,07) en reduceert de gasvorming tijdens het laden. De lader moet voor de batterij en elektrolytcirculatie toegelaten zijn. Een in de lader ingebouwde pomp zorgt voor de vereiste perslucht die via een slangensysteem naar de batterijcellen wordt geleid.
Pagina 110
AANWIJZING Als een geïnstalleerd elektrolytcirculatiesysteem niet of niet regelmatig wordt gebruikt of als de batterij blootstaat aan grotere temperatuurschommelingen, kan het elektrolyt terugstromen in het slangensysteem. Voorzien in een luchttoevoerleiding met een apart koppelingssysteem, bijvoorbeeld: afsluitkoppeling aan batterijzijde en doorvoerkoppeling aan luchttoevoerzijde.
Batterijen reinigen Het is nodig om de batterijen en troggen te reinigen – Isolatie van de cellen ten opzichte van elkaar, ten opzichte van de aarde of externe geleidende delen moet blijven bestaan – Schade door corrosie en door kruipstroom vermijden –...
Pagina 112
Batterij met hogedrukreiniger reinigen Voorwaarden – Celverbinders moeten vastgedraaid en stevig ingestoken zijn – Celstoppen gesloten Werkwijze • Gebruiksaanwijzing van de hogedrukreiniger lezen. • Geen reinigingsadditieven gebruiken. • Toegestane temperatuurinstelling voor reinigingsapparaat 140° aanhouden. Op deze manier gegarandeerd dat bij een afstand van 30 cm achter de uitlaatsproeier een temperatuur van 60°...
Batterij opslaan AANWIJZING De batterij mag niet langer dan 3 maanden zonder lading worden opgeslagen, anders is hij op lange termijn niet meer functioneel. Als batterijen voor een langere tijd niet worden gebruikt, moeten ze volledig opgeladen in een droge, vorstvrije ruimte worden opgeslagen. Om de functionaliteit van de batterij veilig te stellen kunnen de volgende laadbehandelingen worden gekozen: –...