Instelwaarde in programmeermodus controleren
Werkwijze
• Na het invoeren van de parameterwaarde het bewerkte rijprogramma selecteren
en bevestigen met de Set-toets (80).
Het interne transportmiddel staat in de rijmodus en kan worden gecontroleerd.
Z
Om door te gaan met instellen de Set-toets (80) nog een keer indrukken.
Rijparameters opslaan
Voorwaarden
– Alle parameters ingevoerd.
Werkwijze
• "SaveParameter" met de toetsvolgorde "1-2-3-Set" uitvoeren.
• Met O-toets (82) bevestigen.
143