62
Instrumenten en bedieningsorganen
Let op
Let op: de ingestelde tijd in het klok‐
menu is de systeemreferentie voor
uitgesteld opladen.
Opladen 3 126.
Persoonlijke instellingen 3 83.
Elektrische aansluitingen
Er bevinden zich 12 V aansluitingen
in de Armsteun met opbergruimte
voor en de vloerconsole middenach‐
ter.
Ook bevindt er zich een 12 V aanslui‐
ting in het opbergvak in het instru‐
mentenbord.
Het maximaal opgenomen vermogen
mag niet meer bedragen dan
180 watt.
De 12 V-aansluitingen leveren stroom
als het contact aan is of als de auto in
de modus Vertraagde uitschakeling
stroom staat.
Behouden stroom uit 3 105.
Aangesloten elektrische accessoires
moeten wat betreft de elektromagne‐
tische compatibiliteit voldoen aan de
DIN-norm VDE 40 839.
Geen accessoires aansluiten die
stroom leveren, zoals laadtoestellen
of accu's.
Aansluitingen niet beschadigen door
het gebruik van ongeschikte stekkers.