38
Stoelen, veiligheidssystemen
2. Druk op ß AUTO op het aanraak‐
scherm van het Colour-Info-Dis‐
play.
De toets ß AUTO wordt groen ter
bevestiging van de instelling.
Na het inschakelen van het contact
verwarmt de functie Automatisch ver‐
warmde stoelen de stoelen automa‐
tisch tot het niveau dat bij de tempe‐
ratuur van het interieur past.
De LED's naast het stoelverwar‐
mingssymbool op het instrumenten‐
paneel geven de verwarmingsstand
aan.
De automatisch verwarmde stoelen
kunnen zodanig worden geprogram‐
meerd dat ze bij het inschakelen van
het contact altijd worden ingescha‐
keld.
Persoonlijke instellingen 3 83.
Uitschakelen
Automatisch verwarmde stoelen
deactiveren:
■ Druk op ß AUTO op het aanraak‐
scherm van het Colour-Info-Display
of
■ Druk op ß voor de betreffende
stoel op het instrumentenbord.
Verwarmde stoelen tijdens de
interieurvoorbehandeling
Bij lage buitentemperaturen kunnen
de verwarmde stoelen zodanig wor‐
den geprogrammeerd dat deze tij‐
dens de interieurvoorbehandeling au‐
tomatisch worden ingeschakeld. Ten‐
zij de functie Automatisch verwarmde
stoelen beschikbaar en ingeschakeld
is, worden de verwarmde stoelen bij
het inschakelen van het contact bui‐
ten werking gesteld. Na het inscha‐
kelen van de functie Automatisch ver‐
warmde stoelen wordt de stoelver‐
warmingsstand bij het inschakelen
van het contact automatisch aange‐
past aan de temperatuur van het in‐
terieur van de auto.
Tijdens de interieurvoorbehandeling
gaan de LED's naast het stoelverwar‐
mingssymbool niet branden.
De temperatuurregeling van een lege
stoel werkt wellicht minder goed. Dit
is normaal.
Tenzij de functie Automatisch ver‐
warmde stoelen in het menu Per‐
soonlijke instellingen ingeschakeld is,
worden de verwarmde stoelen tijdens
de interieurvoorbehandeling niet in‐
geschakeld.
Persoonlijke instellingen 3 83.
Interieurvoorbehandeling 3 19.