Nummer
Uitleg
8
Het voertuig rijdt Rechtuit tot aan het begin van de boxen aan de rechterzijde,
vervolgens Wandvolgen R, gevolgd door Rechtuit, tot aan het obstakelpunt.
9
Het voertuig rijdt achteruit, gevolgd door Wandvolgen R.
4.4.2.5
Obstakels
Wanneer de machine onverwacht op een obstakel stuit, bijvoorbeeld de poot van een koe of een hoop
mest, zal de machine als volgt reageren:
het voertuig rijdt achteruit en probeert opnieuw zijn weg te vervolgen (tot 3-maal)
•
de machine rijdt achteruit en maakt een bocht van 45 graden naar links of rechts, afhankelijk van de
•
voorgaande actie (links of rechts langs wand rijden/ultrasone geleiding). Wanneer de machine erin
slaagt het obstakel te passeren, keert deze terug op de oorspronkelijke route om de route verder af te
werken.
4.4.3
Voeding en watervoorziening
Aan het einde van een route rijdt de machine naar het laadstation. De machine blijft daar tot aan de start
van de volgende route.
Elke keer wanneer de machine aan een route begint, rijdt deze eerst naar het watervulstation (1) (zie
afbeelding 21 op pagina 4-36). De waterinlaatslang schuift in de trechtervormige watertoevoerslang en
opent de mechanisch bediende afsluitklep. Het voertuig stopt automatisch. Het water stroomt via een
filter in de watertank.
Wanneer de tank vol is, stroomt het overtollige water door de watersensor. De watersensor detecteert de
doorstroming en zorgt ervoor dat de machine terugrijdt (2) uit het watervulstation, waardoor het
vulproces stopt.
Hierna draait de machine naar rechts (3), rijdt langs het watervulstation (4) en (5) en vervolgt dan zijn
route (6).
Beschrijving en bediening
in n o vato rs in ag ric u ltu re
4-35