Plaatsingssysteem
CMCS Plaatsingskatheter:
De plaatsingskatheter vergemakkelijkt de percutane toegang van een meetkatheter,
bevestiging van de cartridge, plaatsing van het implantaat, activering van het
vergrendelingsmechanisme van het distale anker en het terugvangen van het implantaat
(indien nodig).
De plaatsingskatheter is vervaardigd uit een huls van met gevlochten metaal versterkt
polymeer met een luer-Y-connector en kan een injectiedruk van maximaal 1700 kPa (246 psi)
weerstaan. De kathetertip is radiopaak. De plaatsingskatheter is aan het distale uiteinde
gebogen en heeft een buitendiameter van 3,2 mm en een bruikbare lengte van 70 cm. De
binnendiameter is 2,5 mm waardoor een voerdraad van 0,89 mm (0,035 inch) of een
diagnostische of buigbare katheter met een buitendiameter van 7 Fr (2,3 mm) past
(afbeelding 1.2).
De rechte poort wordt gebruikt om een meetinstrument op te voeren en te verwijderen en om
het implantaat in te brengen. De zijpoort kan worden gebruikt om een radiopaak
contrastmiddel te injecteren.
LAB-1505-09AE
Control Copy
Proximaal anker (coronaire snus)
Oogje van het
proximale anker
Afbeelding 1.1: Illustratie van CARILLON XE2-implantaat (feitelijk hulpmiddel is egaal
Copyright © 2013 Cardiac Dimensions
Distaal anker (vena cordis magna)
Oogje van het distale anker
Vergrendelingsbocht in draad
Proximale krimpmof
Pijlpunt
zilver)
®
, Inc. Alle rechten voorbehouden.
Distale krimpmof
Verbindingslint
Pagina 3 van 48
DCO 16-2305
9/6/2016
ORIGINAL