Opbouw en werking
5.13
Markeur
Afb. 74
72
De markeurs zijn aan de zaaimachine (zie Afb. 74) of aan de
grondbewerkingsmachine (zie Afb. 75) bevestigd.
De hydraulisch bediende markeurs maken afwisselend rechts en links
naast de machine een spoor in de grond.
De actieve markeur maakt hierbij een markering. De bestuurder van
de tractor kan deze markering gebruiken om na het keren op de
wendakker correct aan te sluiten op eerder gezaaide rijen.
De bestuurder moet de markering precies in het midden van de
tractor te houden.
Afb. 75
Bij bediening van de tractorregelklep wordt
·
bij het begin van de werkzaamheden de markeur in de
werkstand neergelaten;
·
op de wendakker de actieve markeur opgelicht;
·
na het keren de tegenoverliggende markeur in de werkstand
neergelaten.
Instelbaar zijn:
·
de lengte van de markeurs;
·
de arbeidsintensiteit van de markeurs, afhankelijk van de
grondsoort.
AD BAH0042-3 08.14