Werken met de machine
10.3
Tijdens het werk
10.3.1
Uitzaaicontrole bijvoorbeeld door boordcomputer "AMALOG+"
De variotransmissie is via een ketting verbinden
met het aandrijfwiel. Een sensor in de
variotransmissie registreert de verdraaiing van
het aandrijfwiel en draagt de impulsen over aan
de boordcomputer. Ook de met de
variotransmissie verbonden zaaias verdraait. De
machine zaait.
Wanneer de machine zaait, knippert in het
display een kleine cirkel (Afb. 208/1) onder de pijl
en het getal (Afb. 208/2) geeft de rijsnelheid
[km/h] aan.
Worden de zaaiwerkzaamheden onderbroken,
bijv.
·
bij opgetilde zaaischijven
(bij keren aan het eind van het veld)
·
wanneer de aandrijfketting knapt
o
staan de transmissie en de zaaias stil
o
is het zaaien onderbroken
o
verdwijnen de pijl en de knipperende
cirkel
o
toont de boordcomputer de rijsnelheid
"0,0" [km/h], ondanks dat de
zaaimachine over het veld wordt
getrokken.
160
Tijdens het werken toont de boordcomputer "AMALOG+" de status
van de zaaimachine.
Afb. 208
Afb. 209
AD BAH0042-3 08.14