Opbouw en werking
5.10.2
Centrale instelling exactegdruk
De druk op de exacteg wordt geregeld door
trekveren, die centraal worden gespannen met
een hendel (Afb. 70/1).
De hendel steunt in het verstelelement tegen een
pen (Afb. 70/2). Hoe hoger de pen in de
gatenplaat is gestoken, des te hoger is de druk
op de exacteg.
5.10.3
Hydraulische instelling exactegdruk (optie)
Twee pennen (Afb. 71/1) in een verstelsegment
dienen als aanslag voor de hendel (Afb. 71/2).
Wanneer de regeleenheid 2 onder druk komt
neemt de exactegdruk toe en de hendel ligt
tegen de bovenste pen aan. In neutrale stand ligt
de hendel tegen de onderste pen aan.
70
Afb. 70
Bij de overgang van normale grond naar zware grond en omgekeerd
kan de druk van de exacteg tijdens het werken op de
bodemgesteldheid worden aangepast.
De exactegdruk wordt centraal met een hydraulische cilinder
ingesteld, die samen met de hydraulische afstandsinstelling
zaaihoeveelheid (optie) en de hydraulische instelling zaaischijfdruk
(optie) op regeleenheid 2 is aangesloten.
Bij het verhogen van de zaaihoeveelheid via de hydraulische
afstandsinstelling zaaihoeveelheid wordt automatisch meer
zaaischijfdruk gegeven en de druk van de exacteg neemt toe.
Afb. 71
AD BAH0042-3 08.14