• Er
wordt
plotseling
stuurwiel gedraaid.
Beperkingen van het systeem
Het LKA-systeem treedt mogelijk
vroegtijdig in werking, ook al verlaat
de auto de rijstrook niet OF het LKA-
systeem waarschuwt u mogelijk niet
als de auto de rijstrook onder de
volgende omstandigheden verlaat:
Als de rijstrook- en wegcondities
slecht zijn
• De rijstrookmarkering is lastig te
onderscheiden ten opzichte van
het
wegdek
rijstrookmarkering is vervaagd of
onduidelijk.
• De kleur van de rijstrookmarkering
is lastig te onderscheiden ten
opzichte van het wegdek.
• Er bevinden zich markeringen op
het wegdek die lijken op een
rijstrookmarkering. Deze worden
onbedoeld
door
de
gesignaleerd.
aan
het
• De rijstrookmarkering gaat op in
een
andere
(bijvoorbeeld bij een tolpoort).
• Het aantal rijstroken neemt toe of
af of de rijstrookmarkeringen lopen
door elkaar heen.
• Er
zijn
rijstrookmarkeringen op de weg
voor u.
• De rijstrookmarkering is zeer breed
of smal.
• De rijstroken voor de auto zijn niet
zichtbaar als gevolg van regen,
sneeuw, water op de weg, een
beschadigd of vuil wegdek, enz.
• Er valt dankzij een middenberm,
of
de
bomen, enz. een schaduw over de
rijstrookmarkering.
• De rijstroken zijn incompleet of er
zijn wegwerkzaamheden.
• Er zijn zebrapadmarkeringen of
andere symbolen op het wegdek
aangebracht.
• De rijstrookmarkering in een tunnel
is vervuild door olie, enz.
camera
• De rijstrook houdt plotseling op,
zoals op een kruising.
Als externe condities wijzigen
of
splitst
zich
• De helderheid van het omgevings-
• De
meer
dan
twee
• Er
• Wanneer licht van een straatlan-
• Het blikveld voor wordt gehinderd
• Er is onvoldoende ruimte tussen u
licht verandert plotseling, bijvoor-
beeld wanneer u een tunnel in of
uit rijdt of onder een brug door rijdt.
helderheid
van
omgevingslicht is te laag, zoals
wanneer de koplampen in het
donker uitgeschakeld zijn of als de
auto door een tunnel rijdt.
bevindt
zich
rijstrookafbakening,
betonblokken, een geleiderail en
reflectorpaal op de weg, die
onbedoeld door de camera wordt
gesignaleerd.
taarn of tegemoetkomende auto op
een nat wegdek of een plas op de
weg wordt gereflecteerd.
door de schittering van de zon.
en
uw
voorligger
rijstrookmarkering
te
signaleren of de voorligger rijdt op
de rijstrookmarkering.
het
een
zoals
5
om
de
kunnen
5-87