1. Wanneer op de toets [PHONE] op
het audiosysteem of de toets
[CALL] van de stuurwieltoetsen
wordt
gedrukt,
wordt
onderstaande
weergegeven.
Er
kunnen
apparaten worden gekoppeld.
(1) Voertuignaam: De naam die het
®
Bluetooth
-apparaat zoekt.
i
Informatie
De naam van de auto in bovenstaande
afbeelding
is
een
Raadpleeg uw apparaat voor de
daadwerkelijke naam van uw auto.
2. Zoek naar beschikbare Bluetooth
apparaten in het Bluetooth
van
uw
het
(mobiele telefoon enz.).
scherm
3. Controleer of de naam van de
nu
auto in uw Bluetooth
overeenkomt met de naam van de
auto op het audioscherm en
selecteer hem.
4-1. Voor apparaten waarbij een
wachtwoord
ingevoerd, wordt een scherm
voor het invoeren van het
wachtwoord op uw Bluetooth
apparaat weergegeven.
- Voer het wachtwoord "0000" in
op uw Bluetooth
4-2. Voor apparaten waarbij een
wachtwoord
bevestigd, wordt dit scherm op
het audiosysteem weergegeven.
Er wordt op het Bluetooth
voorbeeld.
apparaat
weergegeven waarop een 6-
cijferig
worden ingevoerd.
®
-
®
-menu
®
Bluetooth
-apparaat
®
-apparaat
moet
worden
®
-
®
-apparaat.
moet
worden
®
-
een
scherm
wachtwoord
moet
- Nadat u hebt gecontroleerd of
het 6-cijferige wachtwoord op
het
audioscherm
en
Bluetooth
®
-apparaat gelijk zijn,
selecteert
u
[OK]
Bluetooth
®
-apparaat.
4
het
op
uw
4-29