Instellingen documentarchivering
Voor deze functie is de harde schijf vereist.
De instellingen voor documentarchivering worden hieronder beschreven. Druk op de toets [Instellingen documentarchivering] om de instellingen te
configureren.
Overige instellingen
Instellingen Standaardmodus
Deze instelling wordt gebruikt om aan te geven welke modus (Delen
of Vertrouwelijk) er moet worden gebruikt als standaardmodus voor
het opslaan van een bestand.
Als u kiest voor [Vertrouwelijke Modus], zal het selectievakje
[Vertrouwelijk] in het informatiescherm voor archivering worden
geselecteerd
.
Instelling Sorteermethode
Deze instelling wordt gebruikt om de volgorde van weergave van
bestanden die zijn opgeslagen in de Hoofdmap, Aangepaste en
Snelmap te selecteren. Selecteer een van de volgende instellingen:
• Bestandsnaam
• Als u een adres dat is geselecteerd wilt wissen, klikt u opnieuw op
het adres terwijl u de [Ctrl]-toets ingedrukt houdt.
• Datum
Instelling beheerdersauthoriteit
Voor bestanden en gebruikersmappen met een wachtwoord, mag het
beheerderswachtwoord worden ingevoerd in plaats van het
wachtwoord bij het openen van een bestand of map.
De beheerder kan het wachtwoord ook wijzigen.
Alle snelbestanden verwijderen
Met deze functie worden alle bestanden (behalve de beveiligde
bestanden) uit de Snelmap verwijderd.
Nu verwijderen
Druk op deze toets om direct te beginnen met het verwijderen van alle
bestanden.
Snelbestanden verwijderen tijdens het opstarten
Met deze functie worden alle bestanden (behalve de beveiligde
bestanden) automatisch uit de Snelmap verwijderd nadat er op de
toets [AAN] (
) is gedrukt.
Afdrukstand
Stelt de standaard afdrukstand in.
Standaardinstellingen kleurmodus
Dit configureert de standaardinstelling bij het gebruik van Scannen
naar schijf.
De instellingen worden hieronder weergegeven.
• Auto
• Meerkleuren
• Grijstinten
• Mono 2
Standaard Belichtingsinstellingen
U kunt de standaard belichtingsinstellingen voor documentarchivering
configureren. Selecteer [Auto] of [Handmatig]. Stel de belichting in op
een van de vijf niveaus als u [Handmatig] selecteert.
Standaard origineelafbeeldingstype
Selecteer vooraf het standaard origineeltype om het scannen van het
origineel op een geschikte resolutie mogelijk te maken.
De instellingen worden hieronder weergegeven.
• Tekst/afged.foto
• Tekst/Foto
• Tekst
• Foto
• Afgedrukte Foto
• Map
•
Als de belichting staat ingesteld op [Auto], kan geen
standaard origineelbeeldtype worden geselecteerd.
Moiré-Reductie
Hiermee vermindert u het moiré-effect dat zich voordoet wanneer
drukwerk wordt gescand.
Uitgangsinstellingen resolutie
U kunt één van de volgende resoluties selecteren als
standaardresolutie voor de functie verzenden.
• 100X100 dpi
• 200X200 dpi
• 300X300 dpi
• 400X400 dpi
• 600X600 dpi
7-86
SYSTEEMINSTELLINGEN
Inhoudsopgave