TYPE VAN TELEFOONLIJN INSTELLEN
De kiesmodus van de machine moet worden ingesteld op het type telefoonlijn dat u gebruikt.
Als de instelling niet juist is, kan het apparaat niet bellen.
Druk op de toets [Automatische selectie] in "Kiesmodusinstelling" in de systeeminstellingen (beheerder). De machine stelt de kiesmodus
automatisch in op het type lijn dat u gebruikt.
U kunt de "Kiesmodusinstelling" ook handmatig instellen.
• Deze instelling kan alleen worden geactiveerd in Canada.
• Na het instellen van de kiesmodus wijzigt u de instelling niet tenzij u hiervoor een specifieke reden hebt.
ZORG DAT DE HOOFDSTROOMSCHAKELAAR OP "AAN" STAAT
Als de hoofdschakelaar is ingeschakeld, brandt de hoofdvoedingsindicator op het bedieningspaneel.
Als de indicator van de hoofdschakelaar niet oplicht, staat de stroom "uit". Zet de stroomschakelaar aan en druk op de toets [AAN] (
bedieningspaneel.
Als u de faxfunctie gaat gebruiken en speciaal wanneer faxontvangst of faxverzending met timer 's nachts plaats zullen vinden, zorg er dan voor dat
de hoofdschakelaar op "aan" blijft staan.
Als de [STROOMBESPARING]-indicator (
(
) drukt terwijl de indicator knippert, gaat de indicator uit en keert het apparaat na enkele ogenblikken terug naar de bedrijfsmodus.
AAN-indicator
Toets/indicator
[STROOMBESPARING]
) knippert, staat de machine in de automatische uitschakelfunctie. Als u op de toets [STROOMBESPARING]
4-5
Hoofdschakelaar
"Aan"
stand
FAX
) op het
Inhoudsopgave