Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

TURBOCOMPRESSOR

Een slechte smering kan ernstige schade veroorza-
ken aan de lagers van de turbocompressor indien
de volgende aanbevelingen niet worden opgevolgd.
De volgende procedure moet worden toegepast om
beschadiging van de lagers van de turbocompres-
sor te voorkomen, vóór de eerste opstart als de tur-
bocompressor pas in geïnstalleerd of om andere
redenen, zoals het ontkoppelen van de voeding van
de turbocompressor of als de motor voor het eerst
wordt opgestart na een periode van stilstand van
vier weken of langer:
1. De olietoevoer- en afvoerleidingen van de tur-
bocompressor ontkoppelen en een weinig zui-
vere olie in de bijvulopening gieten, ervoor
zorgend dat er geen onzuiverheden in de turbo-
compressor binnendringen.
2. De luchttoevoerleiding van de turbocompressor
verwijderen en het wiel van de compressor met
de hand draaien om de lagers te smeren.
3. De olie- en luchttoevoerleidingen opnieuw aan-
koppelen, maar niet de olieafvoerleiding.
4. De elektrische draad van de solenoïde voor het
onderbreken van de brandstoftoevoer op de
injectiepomp loskoppelen. Een geschikte ver-
gaarbak onder de olieuitlaatopening plaatsen en
de motor starten tot de olie uit de opening
stroomt.
5. De olieafvoerleiding opnieuw monteren met een
nieuwe afdichtingsring en de bevestigingsbou-
ten aandraaien met de opgegeven aanhaal-
spanning. De draad van de solenoïde voor het
onderbreken van de brandstoftoevoer op de
injectiepomp opnieuw aankoppelen.
6. Het motoroliepeil controleren; indien nodig olie
bijvullen. De motor starten en controleren dat er
geen olie lekt of lucht ontsnapt.
7. Het waarschuwingslampje van de oliedruk in de
gaten houden. Als het waarschuwingslamje van
de oliedruk niet dooft in de eerste seconden
nadat de motor in stationair toerentaal draait, de
motor onmiddellijk stilleggen en uw Dealer raad-
plegen.
Bij elke opstart moet de motor gedurende minstens
60 seconden stationair draaien (maximaal 1000
tpm) alvorens deze mag worden belast, dit om een
goede olietoevoer te verzekeren naar de lagers van
de turbocompressor. De motor moet ook gedurende
twee minuten stationair en zonder belasting draaien
voordat deze wordt stilgelegd, zodat de olie de hitte
van de lagers van de turbocompressor kan afvoe-
ren.
9-8
SECTIE 9 - ONDERHOUD/AFSTELLINGEN

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Lb95.bLb110.bLb115.b

Inhoudsopgave