De motor moet lopen zonder stoten. Zo nodig de
procedure herhalen.
Als het probleem aanhoudt, betekent dit dat er nog
steeds lucht in het systeem binnenkomt. Controleer
alle aansluitingen op lekkage.
5. Het zijpaneel van de motor hermonteren en ver-
grendelen.
6. De veiligheidsstang demonteren en de laderuit-
rusting doen zakken.
BRANDSTOFTANK ONTLUCHTEN
Plaats een bak met geschikte inhoud onder de
brandstof tank, draai de onluchtings plug die onder
de brandstof tank zit in één of twee slagen los en
laat de bevuilde brandstof eruit lopen. Draai dan de
plug weer vast.
8-20
SECTIE 8 - SMERING/FILTERS/VLOEISTOFFEN
47