9. Maak het filter schoon en verwijder hem met de
filter sleutel.
10. Voeg schone olie toe in de nieuwe filter afdich-
tings ring.
11. Monteer het nieuwe filter. Draai het filter tot de
afdichtingsring in contact komt met het filter-
hoofd en draai het filter vervolgens met de hand
nog driekwart slag vast.
BELANGRIJK: Gebruik niet de filter sleutel om vast
te draaien. Te strak vastdraaien kan de de afdich-
tingsring en de filter beschadigen.
12. Vul de motor met verse olie.
13. Laat de motor enkele minuten draaien en con-
troleer op de eventuele aanwezigheid van lek-
ken. Controleer tenslotte het oliepeil.
OPMERKING: Wacht altijd 15 minuten om de olie
terug te laten lopen in het olie reservoir voordat u
het olie peil kontroleert.
14. De zijpanelen van de motor hermonteren en ver-
grendelen.
15. De veiligheidsstang demonteren en de laderuit-
rusting doen zakken.
SECTIE 8 - SMERING/FILTERS/VLOEISTOFFEN
36
37
8-15