CLAxON EN LiChTSigNALEN
A
1
Claxon
Druk op het midden van het stuurwiel A.
Lichtsignaal
U geeft een signaal met het grootlicht, ook
als de verlichting niet brandt, door de scha-
kelaar 1 naar u toe te trekken.
1.64
2
é
Alarmknipperlichten
Druk op de schakelaar 2.
Hiermee schakelt u tegelijkertijd de vier knip-
perlichten in.
U gebruikt het alarmsignaal als waarschu-
wing voor de overige weggebruikers:
– als u moet stoppen op een plaats waar
het overige verkeer dit niet verwacht of
waar dit verboden is;
– onder bijzondere rijomstandigheden en
verkeerssituaties.
0
1
Richtingaanwijzers
U verplaatst de schakelaar 1 evenwijdig aan
het stuurwiel en in de richting waarin u dit
gaat draaien.
Bij het veranderen van rijstrook op een snel-
weg wordt het stuurwiel slechts weinig ge-
draaid, waardoor de schakelaar niet vanzelf
terugkomt in de ruststand 0. Er bestaat een
tussenstand waarbij u de richtingaanwijzer-
schakelaar moet vasthouden tijdens de ver-
richting.
De schakelaar veert bij het loslaten automa-
tisch in de ruststand 0 terug.