PARKEERHULP
(vervolg)
1
Handmatig inschakelen/
uitschakelen van de parkeerhulp
voor en achter (vervolg)
Het systeem kan permanent worden uitge-
schakeld door de schakelaar 1 langer dan
ongeveer drie secondes in te drukken.
Het in de schakelaar geïntegreerde con-
trolelampje blijft permanent branden en de
boodschap "parkeerhulp uitgeschakeld" ver-
schijnt op het instrumentenpaneel gedu-
rende ongeveer 10 secondes.
Druk in dat geval langer dan drie secon-
des op de schakelaar 1 om het systeem in
te schakelen, het in de schakelaar geïnte-
greerde controlelampje dooft en de bood-
schap "parkeerhulp ingeschakeld" verschijnt
op het instrumentenpaneel gedurende on-
geveer 10 secondes.
Bij een botsing tegen de onder-
kant van de auto (bijvoorbeeld:
contact met een paaltje, een
stoeprand of ander stadsmeu-
bilair) kunt u de auto beschadigen (bij-
voorbeeld: vervorming van een as).
Om ieder risico van een ongeluk te voor-
komen, moet u uw auto door een merk-
dealer laten controleren.
Automatisch inschakelen/
uitschakelen van het systeem
Het systeem schakelt in als de auto rijdt met
een snelheid die lager is dan ongeveer
12 km/u.
Het systeem schakelt uit:
– als de parkeerrem wordt vastgezet;
– als de auto sneller dan 12 km/u rijdt;
– als de auto meer dan ongeveer vijf se-
condes stilstaat (bijvoorbeeld in een file,
stoppen voor een verkeerslicht, enz.);
– in de neutrale stand of in de stand N en P
van een automatische transmissie;
– als een trekhaak met een detectiesy-
steem voor een caravan of aanhanger is
geïnstalleerd.
2.39