220
Klimaatregeling
Klimaatregeling
Onderhoud ................................. 236
aanzetten ............................... 236
Service .................................... 236
Klimaatregelsystemen
Verwarmings- en
ventilatiesysteem
Bedieningsorganen voor:
● temperatuur
● luchtdebiet
● luchtverdeling
● ontwasemen en ontdooien
Verwarmbare achterruit Ü 3 45.
Verwarmde stoelen ß 3 54.
Temperatuur
Rood : warm
Blauw : koud
De verwarming werkt pas optimaal
als de motor de normale bedrijfstem-
peratuur heeft bereikt.
Luchtdebiet
Luchtdebiet instellen door de ventila-
torknop in de gewenste stand te
zetten.
Luchtverdeling
M : naar de hoofdruimte
L : naar de hoofd- en voetenruimte
K : naar de voetenruimte