AUX-ingang
Algemene aanwijzingen
Afhankelijk van de versie bevindt zich
in het Infotainmentsysteem (of op het
instrumentenpaneel) een AUX-
aansluiting waarmee externe audio‐
bronnen kunnen worden aangeslo‐
ten.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Het is bijvoorbeeld mogelijk om een
draagbare cd-speler op de AUX-
ingang aan te sluiten met een
3,5 mm stekkeringang.
Gebruik
Een op de AUX-ingang aangesloten
audiobron kan alleen via de bedie‐
ningselementen op de audiobron
worden bediend, d.w.z. niet via het
infotainmentsysteem. Selecteer
alleen een nummer rechtstreeks bij
de geluidsbron wanneer de auto stil‐
staat.
Voorzichtig
Voordat u een extra apparaat
aansluit of loskoppelt, bijv. een
draagbare cd-speler, schakelt u
de speler en het infotainment-
systeem uit om problemen met de
geluidskwaliteit en mogelijke
schade aan de apparatuur te voor‐
komen.
Na aansluiting via de stekkeringang
detecteert het systeem de geluids‐
bron automatisch. Afhankelijk van het
opnamevolume kan er een vertraging
zijn voordat u de geluidsbron hoort.
De naam van de artiest of het
nummer wordt niet op het display‐
scherm weergegeven.
Infotainmentsysteem
Let op
Zorg ervoor dat het randapparaat
goed is opgeborgen tijdens het
rijden. Anders kunnen de inzittenden
bij krachtig remmen, plotseling
afslaan of een ongeval letsel oplo‐
pen door rondslingerende voorwer‐
pen.
Radio 15 USB
Druk op MEDIA de audiobron op
AUX-modus over te schakelen en
schakel het randapparaat in. Op het
displayscherm verschijnt AUX.
AUX-instellingen
Druk op SETUP voor toegang tot het
instellingenmenu.
Selecteer AUX IN en draai aan OK
totdat de gewenste instelling is gese‐
lecteerd uit:
● HI (300 mV)
● MID (600 mV)
● LO (1200 mV)
157