NAVI 50 IntelliLink
Raak 7 aan, gevolgd door
ÿInstellingen.
Selecteer Connectiviteit voor de
volgende opties:
● Bluetooth-apparatenlijst bekijken
● Bluetooth-apparaat zoeken
● Extern apparaat goedkeuren
● Wachtwoord wijzigen
● Smartphone
Beschikbaar afhankelijk van de
versie. Voor hulp met activeren
en bedienen van stembediening
kunt u "Stemherkenning" raad‐
plegen 3 200.
Als het scherm voor Connectiviteit
wordt weergegeven, kunnen appara‐
ten met ingeschakelde Bluetooth aan
het Infotainmentsysteem worden
gekoppeld.
NAVI 80 IntelliLink
Om vanuit de startpagina naar het
menu Telefooninstellingen te gaan,
tikt u MENU aan, gevolgd door
gTelefoon en Instellingen.
De volgende opties worden getoond:
● Apparaten beheren
● Geluidsniveaus
● Voicemail
● Bluetooth activeren
● Telefoongegevens automatisch
downloaden (aan/uit)
Selecteer Bluetooth inschakelen om
het vakje ☑ ernaast aan te vinken.
Apparaten met ingeschakelde Blue‐
tooth kunnen nu met het Infotain‐
mentsysteem worden gekoppeld.
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"Telefooninstellingen" in het hoofd‐
stuk "Bediening" voor meer informatie
3 212.
Mobiele telefoon koppelen aan
het handsfree-telefoonsysteem
Om het handsfree-telefoonsysteem
te kunnen gebruiken, moet er een
verbinding tot stand worden gebracht
tussen de mobiele telefoon en het
systeem via Bluetooth, d.w.z. de
mobiele telefoon moet vóór gebruik
aan de auto gekoppeld worden.
Daarom moet de mobiele telefoon
Infotainmentsysteem
Bluetooth ondersteunen. Raadpleeg
de bedieningsinstructies van de
mobiele telefoon.
Om een Bluetooth-verbinding tot
stand te brengen, moet het hands‐
free-telefoonsysteem ingeschakeld
en moet Bluetooth op de mobiele tele‐
foon geactiveerd zijn.
Let op
Als een andere telefoon tijdens een
nieuwe koppelingsprocedure auto‐
matisch wordt aangesloten, wordt
deze automatisch losgekoppeld om
de nieuwe koppelingsprocedure te
laten plaatsvinden.
Door het koppelen kan het handsfree-
telefoonsysteem een mobiele tele‐
foon herkennen en in de apparaten‐
lijst opslaan. Er kunnen maximaal
vijf mobiele telefoons worden gekop‐
peld en in de apparatenlijst worden
opgeslagen, maar er kan er maar één
tegelijkertijd verbonden zijn.
Let op
Afhankelijk van de versie van
NAVI 50 IntelliLink kunnen maxi‐
maal acht mobiele telefoons worden
gekoppeld.
209