● Tijdens het sluiten van de elektri‐
sche schuifdeur 3 31.
● Als de schuifdeur open is en de
handrem losgezet is 3 31.
● Tijdens het in- en uitschakelen
van de alarmbewaking van de
kanteling van de auto 3 38.
● Als het AdBlue-peil tot onder een
bepaald niveau daalt of als er een
storing is 3 248.
● Als het Lane Departure Warning-
systeem onbedoeld wisselen van
rijstrook detecteert en wanneer
het systeem geactiveerd is
3 275.
Bij het parkeren van de auto en /
of het openen van het
bestuurdersportier
● Als de contactsleutel nog in het
contactslot steekt.
● Bij ingeschakelde rijverlichting
3 112.
● Er is een storing in de elektrische
portiervergrendeling 3 30.
Instrumenten en bedieningsorganen
● Als de auto een geautomati‐
seerde versnellingsbak heeft
3 255, de handrem niet aange‐
trokken is, de neutrale stand niet
geselecteerd is of het rempedaal
niet ingetrapt is. Ook kan een
betreffend bericht op het Driver
Information Center verschijnen
3 106.
● Als de buitenkruk van de
zijschuifdeur bij het ontgrendelen
van de auto open staat 3 31.
● Als de handrem niet is aange‐
trokken wanneer de schakelaar
elektrische schuifdeur wordt
ingedrukt 3 31.
● Als de elektrische schuifdeur aan
de binnenkant met actief kinder‐
slot wordt vergrendeld 3 31.
● Als de motor in een Autostop
maar niet uitgeschakeld is. Stop-
startsysteem 3 241.
Tripcomputer
De boordcomputer geeft informatie
over rijgegevens die voortdurend
geregistreerd en elektronisch
verwerkt worden.
Afhankelijk van de auto kunnen de
volgende functies worden geselec‐
teerd door steeds op een van de
knoppen aan het einde van de ruiten‐
wisserhendel te drukken 3 106:
● kilometerteller 3 94
● dagteller 3 94
● gemiddeld brandstofverbruik
● actueel brandstofverbruik
● actieradius brandstof
● afgelegde afstand
● gemiddelde snelheid
● digitale snelheid
● motorkoelvloeistoftemperatuur
3 95
● klok 3 90
● afstand vóór onderhoudsbeurt
3 96
● bandenspanning terugzetten
3 308
109