Codelijst
Code
Parameters – weergaven,
nr.
waarden [fabrieksinstelling]
5*
Nominaal bereik
mm of hoekgraad, ESC
6*
Init-Mode
[MAX] Maximaal bereik
NOM Nominaal bereik
MAN Handmatige
instelling
SUb
Noodmodus
ZP
Nulpuntinstelling
ESC
Annulering
7*
w/x
[ää] stijgend/stijgend
stijgend/dalend
äæ
ESC
x-bereik begin (slag-/
8*
draaihoekbereik begin)
[0,0] tot 80,0 % van het
nominale bereik, ESC
Informatie: weergave in
mm of hoekgraad, indien
code 4 is ingesteld.
86
Beschrijving
Voor de initialisatie onder NOM of SUb moet de nominale slag/
hoek van het ventiel ingevoerd worden.
Het mogelijke instelbereik blijkt, in functie van de stiftpositie, uit de
tabel bij code 4.
Na een voltooide initialisatie wordt hier de maximale klepslag/hoek
weergegeven die bij de initialisatie bereikt werd.
Keuze van het initialisatietype
MAX:
Traject/hoek van de weerstandgever van de gesloten stand
tot de tegenoverliggende aanslag in de aandrijving
NOM: Traject/hoek van de weerstandgever, gemeten van de geslo-
ten stand tot de aangegeven open stand
MAN: Handmatig geselecteerd bereik
SUb:
Vervangingsvereffening, zonder initialisatieverloop
Werkingsrichting van de gewenste waarde w tot de slag/draaihoek
x
Automatische aanpassing:
AIR TO
Na de initialisatie blijft de werkingsrichting stijgend/stij-
OPEN:
gend (ää); met de stijgende gewenste waarde gaat door-
gangsventiel open.
AIR TO
Na de initialisatie verandert de werkingsrichting in stij-
CLOSE:
gend/dalend (äæ ); met de stijgende gewenste waarde
gaat een doorgangsventiel dicht.
Beginwaarde voor de slag/draaihoek in het nominale of werkbereik
Het werkbereik is het/de daadwerkelijke traject/hoek van het regel-
ventiel en wordt door het x-bereik begin (code 8) en x-bereik einde
(code 9) begrensd.
Normaliter zijn werkbereik en nominaal bereik identiek. Het nomi-
nale bereik kan door het x-bereik begin en het x-bereik einde be-
perkt worden tot het werkbereik.
Waarde wordt weergegeven of moet ingevoerd worden.
De karakteristieke curve wordt aangepast. Vergelijk vb. code 9.
EB 8384-2 NL