4.7.1
Montage bij directe mon-
tage
Aandrijving type 3277-5 met 120 cm²
(Beeld 15)
De regeldruk van de positioner wordt via de
regeldrukaansluiting van de aansluitplaat (9,
Beeld 15 links) naar de membraankamer van
de aandrijving geleid. Hiervoor eerst de aan-
sluitplaat (9) uit de accessoires aan het juk
van de aandrijving schroeven.
20
21
Symbool
Markering
Beeld 15: Montage bij aandrijving type 3277-5 links en type 3277 rechts
EB 8384-2 NL
Aanbouw aan regelventiel – montagedelen en accessoires
− Aansluitplaat (9) hierbij dusdanig draai-
− Er absoluut op letten dat de vlakke af-
− De aansluitplaat heeft boringen met NPT-
1
2
3
11
1.1
1.2
9
Ontluchtingsstop
Regeldruk
Aandrijfstang
uitgaand
en dat het voor de veilige positie correcte
beeldsymbool 'Aandrijfstang uitgaand' of
'Aandrijfstang ingaand' naar de marke-
ring georiënteerd is (Beeld 15 onderaan).
dichting van de aansluitplaat (9) correct
geplaatst is.
en G-schroefdraad. De niet benodigde
schroefdraadafsluiting met afdichtings-
rubber- en vierkante stop afsluiten.
Regeldruk
1
1.1
1.2
2
3
ingaand
9
11
20
21
Hefboom
Moer
Schotelveer
Sensorstift
Meenemer
Aansluitplaat
Deksel
Positiesensor
Montageplaat
43