3 Opbouw en werkwijze
De elektropneumatische positioner wordt aan
pneumatische regelventielen gemonteerd en
dient voor de toewijzing van klepstand (gere-
gelde waarde x) en controlesignaal (gewenste
waarde w). Hierbij wordt het elektrische con-
trolesignaal van een regel- of stuurunit verge-
leken met de klepslag-/draaihoek van het re-
gelventiel en wordt een regeldruk (uitgangs-
waarde y) aangestuurd.
De positioner bestaat in essentie uit een sleep-
contactsysteem met weerstandsproportie (2),
een analoog werkende i/p-omzetter met er-
achter geschakelde luchtcapaciteitsversterker
20
Serial
Interface
4
w
24V DC
17
12
8
Beeld 1: Stroomschema
EB 8384-2 NL
16
mm
%
S
5
19
w
PD
x
3
18
6
9
Q
7
(7) en de elektronica met microbesturingseen-
heid (5).
De positioner is standaard met drie binaire
contacten uitgerust: een storingsmeldingsuit-
gang signaleert een storing aan de hoofdcen-
trale en twee configureerbare software-eind-
contacten dienen voor de melding van de
eindposities.
De klepstand wordt als klepslag of draaihoek
op de sensorhefboom en op de verplaatsings-
transductor (2) overgezet en naar een ana-
loge PD-regelaar geleid. Tezelfdertijd wordt
de stand via een AD-omvormer (4) aan de
microbesturingseenheid (5) medegedeeld.
De PD-regelaar vergelijkt deze reële waarde
22
13
A3
15
A2
14
A1
14
2
G
10
1
y
x
Opbouw en werkwijze
1
Regelklep
BE
2
Verplaatsingstransductor
3
PD-regelaar
4
AD-omvormer
5
Microbesturingseenheid
6
i/p-omvormer
7
Luchtcapaciteitsversterker
8
Drukregelaar
9
Stroomregelaar
10
Flowbegrenzer
11* Induct. grenscontact
12* Magneetventiel
13* Wegopnemer analoog
11
14
Software-eindc. alarm 1/2
15
Storingsmeldingsuitgang
alarm 3
G
16
Weergave
17* Magneetventielbekrachtiging
18* Galvanische scheiding
19
DA-omvormer
20
Communicatie-interface
22
Binaire ingang BE*
*
Optie
11