Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Energieregeneratieniveau
Het geeft het energieregeneratieniveau van het huidige voertuig
aan. Het energieregeneratieniveau is verdeeld in drie niveaus:
hoog, gemiddeld en laag, en wordt op het combi-instrument
numeriek weergegeven als 3, 2 en 1. De energieregeneratie op
hoog niveau is hoger dan de energieregeneratie op middelhoog
niveau, terwijl de energieregeneratie op middelhoog niveau
hoger is dan de energieregeneratie op laag niveau. Het
energieregeneratieniveau kan via de schakelhendel worden
gewijzigd. Zie "Schakelen" in het hoofdstuk Starten en rijden
voor meer informatie.
Status van het aandrijfsysteem
Als de contactschakelaar in de stand ON (AAN) staat en het
"controlelampje READY (groen)" van het voertuig brandt,
betekent dit dat het voertuig klaar is voor gebruik.
Rijmodus
Hiermee wordt de huidige rijmodus van het voertuig
weergegeven. Het informatiecentrum van het combi-instrument
toont: ECO (Zuinige modus), SPORT (sportmodus) en
NORMAL (normale modus). U kunt de rijmodus veranderen
met de MODE-schakelaar op de middenconsole.
Voordat u gaat rijden

Alarmmeldingen

De
meeste
bijbehorende afbeelding en een beschrijving op het dashboard.
Als er meer dan één alarmmelding actief is, wordt eerst
gedurende 9 seconden de nieuwe alarmmelding weergegeven,
waarna de overige alarmmeldingen in een cyclus worden
weergegeven; elke nieuwe alarmmelding wordt 3 seconden
weergegeven.
Volg de aanwijzingen in de alarmmelding stipt op. Stop het
voertuig of raadpleeg onze onderhoudsdealer als er geen
relevante aanwijzingen worden gegeven.
Belangrijke alarmmeldingen
De weergegeven belangrijke alarmmelding kan tijdelijk worden
geannuleerd door kort op de OK-knop op het stuurwiel te
drukken. Als het alarm niet verwijderd werd, kan het na
annulering ook in de alarminterface worden bekeken.
Voor de veiligheid van de gebruiker kan de alarmmelding
niet worden geannuleerd door kort op de knop OK op
het stuurwiel te drukken als het portier open is. De
gebruiker moet het portier sluiten en de interface van de
boordcomputer openen om de desbetreffende bewerkingen
uit te voeren.
Als alle alarmmeldingen zijn geannuleerd, wordt de informatie
van de boordcomputer normaal weergegeven. Als de
oorzaken van het alarm zijn weggenomen, verdwijnen ook de
alarmmeldingen van het scherm.
alarmmeldingen
gaan
gepaard
Let op
met
een
1
45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave