Opmerking: de voertuigdetectie tijdens het achteruitrijden
werkt alleen als de snelheid van het andere voertuig
10 tot 30 km/u en die van uw eigen voertuig minder dan
10 km/u is.
Starten en rijden
Banden
GEBREKKIGE BANDEN ZIJN GEVAARLIJK!
Rijd NIET met uw voertuig als een of meer banden
te zeer versleten of beschadigd zijn of niet de juiste
bandendruk hebben.
Belaad het voertuig NIET te zwaar.
Een onjuiste bandendruk of een niet-gebalanceerde wiel-
bandcombinatie kan de stabiliteit ernstig aantasten, vooral
wanneer met zware lading of op hoge snelheid wordt gereden.
Een te lage bandendruk vergroot tevens de rolweerstand,
waardoor de band sneller slijt. Dit kan tot schade aan de band
en een ongeval leiden.
Houd bij het rijden altijd rekening met de toestand van de
banden.
De
banden zijn:
• Tegen stoepranden stoten.
• Over diepe gaten in het wegdek rijden.
• Een te lage of te hoge bandendruk.
Een ongelijke slijtage van het loopvlak kan veroorzaakt zijn
door een onjuiste wieluitlijning.
meestvoorkomende
oorzaken
2
van
kapotte
159