Download Print deze pagina

User Styles Via Midi Programmeren; Data Die U Kunt Opnemen - Roland EM-2000 Gebruikershandleiding

Advertenties

8. Druk op Part Select [UPPER1] om de Play/Record-
schakelaar op REC te zetten.
9. Druk op de Recorder [REC●]-knop.
10. Druk op [START/STOP] of Recorder [PLAY ®/
STOP ■] om de opname te starten.
11. Druk nogmaals op [START/STOP] na de eerste of
tweede tel.
Expression, Panpot, Reverb, Chorus: Het instellen of
wijzigen van de Expression-, Panpot-, Reverb- (Send),
en Chorus-parameters gebeurt op dezelfde manier als
het kiezen van een andere Tone voor bestaande spo-
ren. Zie "Tone-/Drum Set-keuze" op blz. 93.
De Reverb en Chorus instellingen zijn Send-waarden
(zie blz. 75). De effectinstellingen (Type, Character
enz.) kunt u enkel in een User Program opslaan. Een
Music Style kan dus anders klinken als u een ander
User Program kiest.
Tip: U kunt interessante panning-effecten creëren
door een spoor langzaam van links naar rechts (of vice
versa) te verschuiven. Dit werkt vooral goed voor syn-
thesizer - of gitaar-riffs. Aangezien dit een continu
veranderende waarde is, moet u wel blijven opnemen
tot het einde van het patroon.
Expression (CC11) is een aanvullend volumecom-
mando dat relatief werkt ten opzichte van het "nor-
male" volumecommando (CC07). Als u Expression op
"127" instelt, krijgt de Part gewoon de volumewaarde
die voor Volume (CC07) is ingesteld.
Het volume van de Arranger-Parts kunt u in de Mixer-
(zie blz. 73) of Volume-mode (zie blz. 72) instellen.
Stel met [DRUMS/PART], [ACCOMP/GROUP],
[BASS/BANK] en [LOWER/NUMBER] de waarde in
die u wilt opnemen.
Preset-tempo instellen
Het Preset-tempo is het tempo dat de Arranger kiest in
de One Touch-mode. U weet onderhand wel dat u met
het [TEMPO]-wiel en de [AUTO/LOCK]-knop het
Style-tempo kunt veranderen en de nieuwe tempo-
waarde in een User program kunt opslaan. Het is
vooral belangrijk dat u het juiste Preset-tempo instelt
als u One Touch wilt gebruiken (zie blz. 44).
Om een ander Preset-tempo te programmeren stelt u
dit eerst in met het [TEMPO]-wiel, kiest u gelijk welke
Part op de eerste User Style\Rec-pagina, activeert u de
Record Merge mode en neemt u één of twee tellen op.
U mag echter niet op het klavier spelen of één van de
speelhulpen aanraken die met de EM-2000 zijn verbon-
den!
Opgelet: De laatste tempowaarde die u opneemt wordt
automatisch het Preset-tempo van de Style.
12.5 User Styles via MIDI
programmeren
Een derde manier om User Styles te programmeren is
om met een externe sequencer (computer met sequen-
cer software of een MC-50MkII) MIDI data te zenden
terwijl de User Style-functie opneemt. Aan deze werk-
wijze zijn twee voordelen verbonden:
• U kunt muziek in de Step-mode (op de externe
sequencer) programmeren voordat u er een interac-
tieve Style van maakt.
• U kunt Styles kopiëren van oudere Intelligent Arran-
ger-modellen die nog niet met een disk drive waren
uitgerust.
Opgelet: Als u uitgaat van in de handel verkrijgbare Stand-
ard MIDI Files, vergeet dan niet dat dit materiaal auteurs-
rechtelijk is beschermd.
Opgelet: Voordat u MIDI-data naar uw EM-2000 zendt,
moet u het GM System On- of GS Reset-commando wissen
in de GM of GS Standard MIDI File die u wilt gebruiken.
Beide zijn SysEx-commando's (System Exclusive) aan het
begin van een sequence die de EM-2000 naar de GM/GS-
mode doen overschakelen en daarbij de Arranger uitschake-
len. In de handleiding van uw sequencer vindt u hoe u
MIDI-commando's kunt wissen.

Data die u kunt opnemen

Naast noot-aan/uit- en aanslagdata aanvaardt de
Arranger de volgende MIDI-commando's:
MIDI-commando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
Controlecommando
PC
PB
Controlecommando
Controlecommando
(a) Hold On/Off-commando's worden geconverteerd naar de overeenkomstige
nootlengtewaarden. De Arranger-sporen bevatten nooit Hold-commando's: de
lengte van de noten wordt aangepast aan de lengte die u krijgt door het Hold-
pedaal in te drukken.
Tenzij de sequences die u gebruikt GM/GS-compatibel
zijn raden we u aan alle data te filteren behalve modu-
latie (CC01), Pitch Bend, en Hold (CC64). De andere
instellingen stelt u best met de hand in op de EM-2000
(zie "User Styles editen" op blz. 93). Bankkeuze- en
programmakeuze-commando's kunnen weliswaar in
heel wat gevallen werken, toch is het raadzaam om
ook deze achteraf zelf in te voeren. Op die manier kunt
u de klankrijkdom van de EM-2000 optimaal aan uw
Styles aanpassen.
EM-2000 – Gebruikershandleiding
Nummer
Naam
CC00
Bankkeuze MSB
CC01
Modulatie
CC06
Data-ingave
CC10
Pan
CC11
Expressie
CC32
Bankkeuze LSB
a
CC64
Hold
CC91
Reverb-diepte
CC93
Chorus-diepte
Programmakeuze
Pitch Bend
CC98
NRPN MSB
CC99
NRPN LSB
95

Advertenties

loading

Gerelateerde Producten voor Roland EM-2000