Editen
hoge en lage tonen ophalen of verzwakken. Bovendien
kunt u kiezen welke frequenties u precies gaat verster-
ken of verzwakken.
1. Kies met de [DRUMS/PART]-regelaar de lage fre-
quentie (L-Freq) die u wilt versterken of verzwakken.
2. Kies met de [ACCOMP/GROUP] draaiknop een
positieve (versterken) of negatieve (verzwakken)
waarde voor de L-Gain parameter.
3. Herhaal deze stappen voor de hoge frequentieband
en gebruik daarbij de [BASS/BANK] (H-Freq) en
[LOWER/NUMBER] (H-Gain) regelaars.
Parts kiezen waarop de Equalizer werkt
De standaardinstelling, die de EM-2000 vlak na het
inschakelen kiest, stuurt alle Parts door de Equalizer.
U kunt de Equalizer in dat geval dus gebruiken om de
hoog- en laagweergave van het instrument te bepalen.
Een Equalizer bewijst echter zijn beste diensten als
corrigeermiddel voor een klank die de andere "in de
weg zit". Laten we daarom kijken hoe u de Equalizer
kunt uitschakelen voor Parts die geen klankkleurcor-
rectie nodig hebben.
1. Druk, op de Master-pagina, op [F1] (Mixer).
We gaan eerst de Equalizer van de Realtime-Parts uit-
schakelen.
2. Druk op [F1] (RTime) om de Mixer\RTime-pagina
te openen.
3. Selecteer met de [PAGE] ▲▼ knoppen de Part
waarvoor u de Equalizer wilt in- (EQ On) of uitscha-
kelen (EQ Off).
4. Druk op Part Select [UPPER1] onder het display
om EQ-ON of EQ-OFF te kiezen.
5. Ga terug naar stap (3), selecteer de andere Parts, en
schakel de Equalizer in/uit.
6. Druk op F5 (Exit) om de Mixer-mode te verlaten en
terug te keren naar de Master-pagina.
76
Insert-effect (EFX)
Bovenstaande display-pagina bevat ook een EFX ON/
OFF-schakelaar waarmee u het Insert-effect voor de
geselecteerde Realtime-Part in en uit kunt schakelen.
Dit effect heet trouwens Insert(ion)-effect omdat deze
processor zich tussen de Realtime-Parts en de overige
effecten bevindt.
Als het Insert-effect uitgeschakeld is, luidt de verbin-
ding tussen een Realtime-Part en de effecten als volgt:
DSP EFX UIT
Insert-effect
Realtime part
(e.g. Upper 1)
Als het Insert-effect ingeschakeld is, is de Realtime-
Part niet meer rechtstreeks met de uitgangen en de
overige effecten verbonden:
Insertion EFX AAN
Insert-effect
Realtime-Part
(bv. Upper 1)
Hier kunt u het uitgangssignaal van het Insert-effect
dus nog met de Reverb, Chorus en Delay bewerken.
En omdat er maar één Insert-effect (DSP EFX) is, heb-
ben alle betrokken Parts dezelfde Reverb-, Chorus- en
Delay-diepte.
1. Druk, op de Master-pagina, op [F1] (Mixer) om de
Mixer-pagina te kiezen.
2. Druk op [F1] (RTime) om een pagina zoals de vol-
gende op te roepen. (Het Insert-effect is niet beschik-
baar voor de Arranger-Parts.)
3. Kies met [PAGE] ▲▼ een Realtime-Part.
4. Kies met de Part Select [LOWER1]-knop de DSP
EFX OFF- of EFX ON-instelling.
Chorus
Reverb
Delay
EQ
L
R
UITGANGEN
Chorus
Reverb
Delay
EQ
L
R
UITGANGEN