10.1 MIDI-commando's die de
EM-2000 gebruikt
Hoe een instrument precies reageert op MIDI-com-
mando's (hoe het geluid voortbrengt enz.) hangt af
van de manier waarop u dat instrument instelt. Zo kan
het zijn dat de ontvanger apparaat de functie waarop
het commando slaat niet kan uitvoeren, zodat u niet
het gewenste resultaat hoort. In feite komt het erop
neer dat er verschillende "niveaus" van MIDI-compa-
tibiliteit zijn en dat niet alle MIDI-compatibele instru-
menten alle MIDI-commando's begrijpen.
Opgelet: In wat volgt hebben we een sterretje (*) geplaatst
naast de namen van MIDI-commando's die uw instrument
moet kunnen ontvangen om compatibel te zijn met het GM
systeem (niveau 1).
Nootcommando's *: Deze commando's vertellen
welke noten u op het klavier speelt. Ze doen dit aan de
hand van de volgende stukjes informatie:
Commando
Verklaring
Nootnummer
Dit nummer beschrijft de noot/toets die u
hebt ingedrukt of losgelaten.
Noot-aan
Dit commando geeft aan dat u een toets
indrukt ("begin te spelen").
Noot-uit
Dit commando geeft aan dat u een toets loslaat.
Aanslag
Deze waarde geeft aan hoe hard u de toets
aanslaat.
Heel wat instrumenten (zoals uw EM-2000) gebruiken
een noot-aan commando met aanslagwaarde "0" om
het einde van een noot aan te geven (de aanslagwaarde
"0" neemt dus de taak over van het noot-uit com-
mando).
Pitch Bend *: Dit commando vertelt in welk stand de
Bender-hendel (of het Pitch Bend-wiel) zich bevindt.
Bij de ontvangst van dit commando verandert de
toonhoogte.
Bank- (CC00 en CC32), Programmakeuze *: Op de
EM-2000 kiest u met deze commando's Tones, Styles
en User Programs. Aanvankelijk gebeurde dit enkel
met programmakeuzecommando's, waarmee u 128
geheugenplaatsen kunt kiezen. Toen kwam er echter
een nieuwe generatie instrumenten waarop u door-
gaans meer klanken kon kiezen, en daarom werd het
bankkeuze-commando (een soort controlecom-
mando) aan de MIDI-standaard toegevoegd, zodat u
nu veel meer kanken kunt kiezen.
Opgelet: Voor alle duidelijkheid: een Bankkeuze-com-
mando moet u steeds laten volgen dooreen programma-
keuze-commando. De juiste volgorde voor deze com-
mando's is (let op de CPT-waarden):
1.1.0 Bankkeuze CC00 + waarde
1.1.1 Bankkeuze CC32 + waarde (0, 1, 2 of 3)
1.1.2 Programmakeuze
Op de EM-2000 dienen CC32-commando's voor het
kiezen van de Tone-mode: "0" (huidige mode aanhou-
den), "1" (Old, SC-55-mode, groep E en F), "2"
(G-800 Tone-mode, groep C en D) of "3" (EM-2000
Tone-mode, groep A en B).
Controlecommando's
Met deze commando's stuurt u parameters aan zoals
modulatie en pan. De functie van een commando
hangt af van zijn controlenummer.
Modulatie (CC01) *: Dient voor het toevoegen van
vibrato.
Volume (CC07) *: Met dit commando bepaalt u het
volume van een Part.
Expressie (CC11) *: Met dit commando stuurt u volu-
meveranderingen, waardoor u een Part wat meer
expressiviteit kunt verlenen. Het volume van een Part
wordt bepaald door volumecommando's (CC07) als
door expressiecommando's (CC11). Stuurt één van
deze commando's de waarde "0", dan wordt het
volume van de Part 0, ongeacht de waarde die het
andere commando heeft.
Pan(pot) (CC10) *: Hiermee bepaalt u de stereoposi-
tie van een Part.
Algemene speelhulpen (CC16 en CC17): Deze twee
controlecommando's hebben geen vastgelegde functie
binnen de MIDI-standaard. Op de EM-2000 dienen ze
voor het aansturen van twee EFX-parameters. CC16 is
toegewezen aan de Source1-parameter en CC17 aan
de Source2-parameter. Zie ook blz. 114 voor de para-
meters die u kunt aansturen.
Hold (1) (CC64) *: Dit commando geeft de bewegin-
gen door van het demperpedaal (Sustain, Hold), het
pedaal waarmee u noten kunt aanhouden. Gaat het
om een instrument dat natuurlijk uitklinkt, zoals een
piano, dan wordt het geluid geleidelijk zachter tot een
Hold Off-commando wordt ontvangen. Bij doorklin-
kende instrumenten, zoals een orgel, blijft het volume
constant tot een Hold Off-commando een einde aan
het feestje maakt.
Sostenuto (CC 66): Met het Sostenuto-pedaal op een
piano laat u enkel de noten doorklinken die u reeds
had aangeslagen voor u het op het pedaal drukte. Het
Sostenuto-commando beschrijft de stand van dit soort
pedaal.
Opgelet: U kunt deze functie aan een optionele voetschake-
laar toewijzen (zie blz. 29).
Soft (CC67): Met het Soft-pedaal van een piano maakt
u de klank zachter (doffer). Het Soft-commando
simuleert de werking van dit pedaal. Bij ontvangst van
Soft On wordt de grensfrequentie verlaagd, wat in een
iets doffere klankkleur resulteert. Na de ontvangst van
Soft Off hoort u weer de originele klank.
Opgelet: U kunt deze functie aan de los verkrijgbare voet-
schakelaar toewijzen (zie blz. 29).
Reverb-diepte (CC91): Dit commando bepaalt in
welke mate de Part van galm wordt voorzien.
EM-2000 – Referentieboek
65