Gebruikers-interface
1. Gebruikers-interface
De EM-2000 biedt zowat alles wat u, thuis of op het podium, nodig hebt en is bovendien zo ontworpen dat u razendsnel
toegang hebt tot alle functies en parameters. De meeste functies kunt u dan ook oproepen via het display en de bijbeho-
rende knoppen.
Op blz. 15 in de Gebruikershandleiding komt u te weten hoe u kunt bepalen wat er precies in het display verschijnt.
1.1 [F5] Exit
De Exit-functie is in de regel toegewezen aan de [F5]
functietoets. Door één of meerdere keren op [F5] te
drukken keert u terug naar de Master-pagina.
1.2 Master-pagina
De Master-pagina is de eerste pagina die u te zien
krijgt wanneer u de EM-2000 inschakelt. We blijven
deze pagina vanaf nu Master-pagina noemen, in het
menu staat tenslotte klaar en duidelijk MASTER:
A
B
E
F
7
In de GM/GS-mode ziet de Master-pagina er iets
anders uit. De vierde optie, [F4] UsrStl, moet dan
namelijk plaats maken voor Lyrics. Let ook op de GS
MODE-melding rechtsonder in het display:
Hier slaat de informatie in het Style-adresvenster
(naast het Tempo-venster) niet meer op een geheu-
genadres (bv. "B15") maar op de drive die de gekozen
Song bevat (FDD betekent "floppy disk drive").
1. User Program-adres en -naam
Hier ziet u het adres (groep, bank en nummer) van het
momenteel geselecteerde User Program.
6
C
D
9
J
8
2. Tempo-venster
Het Tempo-venster houdt u op de hoogte van het
weergavetempo voor de gekozen Music Style (zie
blz. 48 in de Gebruikershandleiding) of Standard MIDI
File. Dit tempo kunt u op gelijk welk moment met de
TEMPO-schijf en -knoppen veranderen.
3. Music Style- of Song-adres en -naam
In dit deel van het display ziet u het adres (groep, bank
en nummer) en naam, of het nummer en de naam van
de geselecteerde Music Style (zie blz. 18 in de Gebruik-
ershandleiding) of Song.
4. Functiemenu
In het functiemenu vindt u de functie van de vijf func-
tietoetsen ([F1]~[F5]). Op de Master-pagina kunt u
met de functietoetsen kiezen in welke mode (Mixer,
Param, MIDI, UsrStl of Disk) u de EM-2000 wilt
gebruiken. Door op één van deze functietoetsen te
drukken verhuist u naar het menu van de betreffende
mode, waarna u met de functietoetsen weer nieuwe
opties binnen deze mode kunt kiezen.
De EM-2000 biedt de volgende modes:
Mixer: In de Mixer-mode kunt u de volumebalans, de
effectdiepte en nog verschillende andere dingen instel-
len die betrekking hebben op de geluidsweergave van
de EM-2000.
Param (Parameter): In de Parameter-mode kunt u
algemene parameters en effectparameters editen en
nog een aantal andere functies instellen.
MIDI: De naam zegt het al, hier vindt u de verschil-
lende MIDI-functies (kanaalinstellingen en MIDI-fil-
ters) van uw EM-2000.
UsrStl (User Style): Kies deze mode als u zelf automa-
tische begeleidingen wilt programmeren.
Disk: In de Disk-mode kunt u data van een diskette,
Zip-schijf of een externe SCSI-datadrager laden of
daar naartoe wegschrijven. Bovendien kunt u in deze
mode disks formateren en Backups maken.
Er zijn nog vier andere modes die u via vast toegewe-
zen knoppen bereikt: de Tone-mode (blz. 31 in de
Gebruikershandleiding), de Volume-mode (blz. 16), de
Disk List-mode (blz. 10) en de MIDI Port-mode (die
deel uitmaakt van de MIDI-instellingen van de
EM-2000, zie blz. 97 in de Gebruikershandleiding).