Recorder (GM/GS-mode)
[UPPER1]). Deze laatste hebt u in principe enkel
nodig voor schijven die eerst op een ander platform
(andere datastructuur) hebt gebruikt. Begin dus altijd
met Quick Format. Werkt dit niet, dan moet u Format
kiezen.
Deze pagina kunt u, door op [F5] (Exit) te drukken,
weer verlaten zonder het formateren te verstoren. Op
die manier kunt u dus iets anders doen, terwijl de
EM-2000 de schijf op de "achtergrond" formateert.
Tijdens het formateren verschijnt dan de melding
FORMATTING rechtsboven op de display-pagina
waar u naartoe gaat.
Vóór de opname
Opnemen zonder de Arranger is mogelijk, maar we
gaan ervan uit dat u dat niet wilt doen. In dat geval
zijn dit de dingen die u vóór de opname moet doen:
1. Als u de Arranger niet in Realtime wilt bedienen,
moet u eerst de Chord Sequence opnemen (zie
blz. 55).
2. Stop de weergave van de momenteel gekozen Style.
3. Kies de gewenste Tones voor de Realtime-Parts
waarmee u wilt opnemen.
4. Kies de benodigde KEYBOARD ASSIGN-mode
(blz. 27~28).
5. Kies de benodigde Arranger Chord-mode (zie
blz. 42).
Stap (4) en (5) zijn enkel nodig als u de Chord
Sequence niet als begeleiding wilt gebruiken.
6. Kies de Style, de Division enz. die u wilt gebruiken.
OF:
Druk op de [PLAY ®/STOP ■]-knop van de Chord
Sequencer (indicator knippert).
7. Druk op [SYNCHRO], zodat de START-indicator
oplicht.
Opgelet: Het kan ook sneller: als u alle instellingen, die u
voor het op te nemen nummer nodig hebt, in een User Pro-
gram hebt opgeslagen, hoeft u enkel maar dit User-geheu-
gen te kiezen (zie blz. 51) en vervolgens op de [PLAY ®/
STOP ■]-knop van de Chord Sequencer te drukken.
8.2 Opname...
8. Druk op de [REC●]-knop in de Recorder-sectie.
9. Druk op de [START/STOP]-knop-knop (Arranger-
sectie) of speel een noot in het akkoordherkennings-
gebied (Assign) van het klavier (als u de Synchro
START-functie hebt ingeschakeld).
10. Begin te spelen.
11. Druk aan het einde van het nummer nog een keer
op de [PLAY ®/STOP ■]-knop om de opname te
stoppen.
58
De EM-2000 springt nu naar de volgende pagina:
Opgelet: U hoeft uw Sng nu nog niet weg te schrijven,
omdat hij zich ook in het interne geheugen van de EM-2000
bevindt. Het zou echter slim zijn dit nu toch al te doen. Op
die manier kunt u namelijk naar deze versie terugkeren als
eventuele latere wijzigingen niet het gewenste resultaat
opleveren (de Song kan namelijk ook worden geëdit, zie
blz. 37 in het Referentieboek).
12. Als u de Song naar een disk wilt wegschrijven,
drukt u op Part Select [UPPER1] (anders moet u op
Part Select [M.DRUMS] drukken).
Indien u op Part Select [UPPER1] drukt, springt de
EM-2000 nu naar de volgende pagina:
13. Druk, indien nodig, op Part Select [M.DRUMS]
om naar de pagina te springen waar u een andere
datadrager kunt kiezen (ID5= interne Zip-drive,
FDD= floppydisk-drive).
14. Breng de cursor met Part Select [UPPER2] (√) en
UPPER1] (®) naar de gewenste positie in het File
Name-veld.
Opgelet: Om de compatibiliteit met het MS-DOS
niet in het gedrang te brengen, worden enkel de eerste acht
tekens van de bestandsnaam naar de disk weggeschreven
(voor File Name kunt u maximaal acht tekens programme-
ren). Bovendien kan eenzelfde naam nooit twee keer op
dezelfde datadrager worden gebruikt.
15. Geef de gewenste tekens in. Hiervoor kunt u de
[LOWER/NUMBER]- en [UPPER/VARIATION]-
regelaar of de knoppen va de TONE/USER PRO-
GRAM-sectie gebruiken (zie ook blz. 25).
16. Druk op de Part Select-knop die aan EXECUTE
toegewezen is.
Alle Songs worden in het Standard MIDI File-formaat
opgeslagen. Het voordeel hiervan is dat u ze op gelijk
welk MIDI-instrument, sequencer of computer kunt
afspelen dat/die SMF-bestanden kan lezen.
Het display ziet er nu als volgt uit:
(Druk op [F5] (Exit) om deze pagina meteen weer te
verlaten. Tenslotte is uw EM-2000 multitasking.)
®
-formaat