16. Verklarende woordenlijst
Hierna vindt u een overzicht van woorden en termen die in deze handleiding worden gebruikt. Deze verklaringen hel-
pen u misschien bij het gebruik van uw EM-2000. Onder "MIDI-commando's die de EM-2000 gebruikt" op blz. 66 in
het Referentieboek vindt u een beschrijving van de MIDI-termen die hier en daar worden gebruikt.
16-track Sequencer: Een functie die toelaat om een
Song spoor per spoor op te nemen en te editen. (De
Recorder van de EM-2000 neemt altijd op alle sporen
tegelijk op.) De sequencer splitst de MIDI-data van
een Standard MIDI File op in verschillende sporen
(net zoals de "Remix Track"-functie van een populair
sequencerprogramma) en zorgt op die manier dat het
editen van uw muziek efficiënter en sneller verloopt.
(Alle Songs van de EM-2000 worden als Formaat 0
Standard MIDI Files opgeslagen.)
Akoordherkenningsgebied: Dit is de zone van het
klavier die de EM-2000 afschuimt naar akkoorden of
noten. Deze noten worden gebruikt om de
ger in Realtime te transponeren.
Aftertouch: De mogelijkheid om de benodigde para-
meter te beïnvloeden door een toets na de eigenlijke
aanslag nog verder in te drukken. In de meeste geval-
len wordt de Aftertouch voor het veranderen van het
volume van de gespeelde noten gebruikt. Andere toe-
passingen zijn het beïnvloeden van de toonhoogte of
het filter (TVF). Op de EM-2000 kunt u de Aftertouch
ook voor het bedienen van de Arranger gebruiken. Er
bestaan twee soorten Aftertouch: kanaal Aftertouch
(één waarde per MIDI-kanaal) en polyfone Aftertouch
(elke noot zendt een aparte Aftertouch-waarde). Het
klavier van de EM-2000 zendt alleen kanaal After-
touch.
Arranger: Een MIDI-sequencer die de momenteel
A
gekozen begeleiding (
stelling tot een conventionele sequencer is de Arranger
echter interactief omdat hij een begeleiding kan trans-
poneren (er de toonaard van kan wijzigen) op basis
van de noten die u in het
bied van het klavier speelt.
A
Chord Family: De
Arranger bevat drie verschil-
lende begeleidingspatronen voor elke Original/Varia-
tion–Basic/Advanced-combinatie, wat u dus 12 ver-
schillende patronen oplevert. Deze heten: majeur (M),
mineur (m) en septiem (7). Wanneer u dus een sep-
tiemakkoord in het Akoordherkenningsgebied speelt,
geeft de Arranger het "7"-patroon van de momenteel
gekozen divisie/type weer. Dit patroon kan helemaal
anders klinken dan het patroon dat u hoort als u een
majeur- of mineurakkoord speelt en zou voor disso-
nanties kunnen zorgen wanneer u ook iets ingewikkel-
dere akkoorden (6, 13, 11, Augm., Dim. enz.) han-
teert. Als u de Chord Family Assign-parameter niet
wijzigt, worden ook deze "kroepoek-akkoorden" met
A
A
Arran-
Music Style) speelt. In tegen-
A
Akoordherkenningsge-
het "7" patroon weergegeven. Soms klinken deze
akkoorden echter beter wanneer u ze aan het "M"- of
"m"-patroon toewijst.
Cutoff: Een vaak gebruikte term die verwijst naar de
frequentie van waaraf de TVF (filter) begint te werken.
Naar gelang het filtertype (LPF of HPF) worden alle
frequenties boven (of onder) deze waarde gefilterd.
D Beam: Een speelhulp die berust op een infrarood-
straal die de afstand tussen een voorwerp en de sensor
meet. De D Beam Controller kan aan een parameter
naar keuze worden toegewezen (modulatie, Cutoff-
frequentie, tempo enz.) en vertaalt de gemeten afstand
telkens in MIDI-commando's. Door uw hand boven
de D Beam te bewegen kunt u dan de waarde van de
gekozen parameter beïnvloeden.
Database: Een overkoepelend begrip dat op een spe-
ciale bestandscatalogus op een Zip™-schijf slaat (Style
Database, Song Database). Naast de bestandsnamen
bevat de Database ook informatie die enkel door een
EM-2000 of G-1000 Arranger Workstation kan wor-
den gelezen. Deze informatie slaat op de Style/Song-
naam, het land van herkomst, de auteur/componist en
het genre, maar bevat ook een thema dat u op het kla-
vier kunt spelen om het betreffende Song-bestand te
vinden (de Play & Search-functie). De Database-infor-
matie kan niet naar een diskette worden gekopieerd en
wordt evenmin overgeheveld wanneer u een Zip™-
schijf op uw PC kopieert.
Disk Link: Een speciaal Music Style-geheugentype van
de EM-2000. Disk Link-geheugens bevatten geen
Music Styles – enkel verwijzingen naar Music Styles op
een Zip™ of andere datadrager. De betreffende disk
A
moet dus toegankelijk zijn (
want anders werkt de Disk Link-functie niet. De
EM-2000 biedt 111 Disk Link-geheugens.
Divisie: Eén van twee mogelijke begeleidingen van het
gekozen Music Style-niveau (dat
ginal" is de eenvoudigere van de twee, terwijl Advan-
ced in de regel een andere begeleiding (met meer of
andere instrumenten) bevat.
Drum Set: Een verzameling van drum-/percussieklan-
ken die aan een Part kan worden toegewezen. Elke
toets /MIDI-nootnummer stuurt een andere klank
aan. Met een Drum Set kunnen geen melodieën wor-
den gespeeld (zie ook de tegenhanger, de
EM-2000 – Referentieboek
Mount/Unmount),
A
Type heet). "Ori-
A
Tone.)
109